Determineer korstmossen
  • KENMERKEN
  • +Substraat
    • hout
    • zure steen (baksteen, graniet, basalt, leisteen, tufsteen, grind, zandsteen)
    • kalksteen (beton, cement, mergel, schelpen)
    • neutrale schors (Wilg, Es, Linde, Iep, Populier, Esdoorn)
    • (dwerg)struiken
    • op de grond
    • naaldbomen
    • plantenresten
    • overig
    • zure schors (Eik, Beuk, Berk, Els)
  • +Thallus groeivorm
    • korstvormig, lepreus
    • bladvormig, thallus hol
    • +korstvormig
    • +bladvormig
    • +struikvormig
    • korstvormig, thallus ingezonken
    • korstvormig, korrelig
    • struikvormig, rechtop groeiend met grondschubben
    • struikvormig, rechtop groeiend zonder grondschubben
    • bladvormig, mat van schubben
    • bladvormig: navelmos
    • korstvormig, poederig tot soredieus
    • struikvormig, met centrale holte (baardmos)
    • korstvormig, lepreus: poederig
    • korstvormig, lepreus: korrelig
    • korstvormig, lepreus: pluizige korrels
    • korstvormig, lepreus: met gelobde rand
    • korstvormig, met areolen
    • korstvormig
    • korstvormig, glad tot oneven
    • korstvormig, met gelobde rand
    • korstvormig, geschubd
    • bladvormig, thallus niet hol
    • struikvormig, zonder centrale holte
  • +Voortplanting
    • Sexueel: apothecien aanwezig
    • Sexueel: perithecien aanwezig
    • Sexueel: pycnidien aanwezig
    • Vegetatief: soredien aanwezig
    • Vegetatief: isidien aanwezig
  • Alg
    • groen
    • oranje
    • blauwier
    • afwezig
  • Biotoop
    • loofbomen met ruwe schors
    • rond de waterlijn (zoetwater)
    • hout
    • boswalletjes, steilkanten, turf
    • strooisel, mossen, e.d.
    • naaldbomen
    • substraat met zware metalen
    • struiken
    • loofbomen met gladde schors
    • zuur gesteente: o.a. baksteen, kiezels, graniet, basalt
    • rond de waterlijn (zeewater)
    • oude bossen
    • kalksteen: o.a. beton, cement
    • kalkrijke bodem: duinzand, schelpen e.d.
    • kalkarme bodem: heide, stuifzand
    • plastic, asbest daken etc.
    • voedselrijke plekken
  • Biotoop standplaats
    • open of half-beschaduwd
    • sterk beschaduwd
  • Cyphellen en cephalodiën
    • uitwendige cephalodiën
    • afwezig
    • inwendige cephalodiën
    • pseudocyphellen
  • Isidiën
    • isidien: afgeplat, schubbig
    • afwezig
    • isidien: bolvormig of korrelig
    • isidien: vertakt
    • isidien: soredieus wordend
    • stekelig
    • isidien: wrattig
  • Prothallus
    • wit of van dezelfde kleur als het thallus
    • afwezig
    • zwart of donkergrijs
    • blauw
    • bruin tot rood-bruin
    • lichtgrijs
    • harig
    • gezoneerd
  • Reactie merg
    • K+ geel of bruin
    • P+ geel
    • CK+ geel tot oranje
    • K+ eerst geel, dan rood
    • KC+ oranje
    • KC+ geel
    • I+ blauw of paars
    • C+ oranje
    • K+ paarsig of blauw
    • P+ eerst geel, dan rood
    • K+ oranje
    • KC+ roze of paars
    • K+ rood of paars
    • C+ roze
    • C+ rood
    • P+ oranje
    • P+ rood
    • KC+ rood
  • Reactie sorediën
    • K+ geel of bruin
    • geen
    • P+ geel
    • K+ eerst geel, dan rood
    • KC+ oranje
    • KC+ geel
    • I+ blauw of paars
    • C+ oranje
    • K+ oranje
    • KC+ roze of paars
    • N+ rood of paars
    • K+ rood of paars
    • C+ roze
    • C+ rood
    • P+ oranje
    • P+ rood
    • KC+ rood
  • Reactie thallus
    • K+ geel of bruin
    • geen
    • P+ geel
    • K+ eerst geel, dan rood
    • KC+ oranje
    • KC+ geel
    • C+ oranje
    • K+ paarsig of blauw
    • P+ eerst geel, dan rood
    • K+ oranje
    • KC+ roze of paars
    • N+ rood of paars
    • K+ rood of paars
    • K-
    • C-
    • P-
    • C+ roze
    • C+ rood
    • C+ groen
    • P+ oranje
    • P+ rood
    • KC+ rood
  • Reactie UV
    • wit
    • helder oranje
    • oranje
    • bruin
    • paars
    • ijsblauw
    • (negatief)
    • roze of rood
    • geel
    • blauw
    • donker oranje
  • Reactie vruchtlichamen
    • K+ geel of bruin
    • P+ geel
    • C+ oranje
    • K+ paarsig of blauw
    • P+ eerst geel, dan rood
    • K+ oranje
    • C+ roze
    • C+ rood
    • P+ oranje
    • P+ rood
    • K+ rood of paars
    • C+ rood
  • Rhizinen kleur
    • donker en licht gevlekt
    • bruin
    • geel
    • zonder rhizinen of cilien
    • zwart, donkerblauw of donkergrijs
    • wit, grijs of blauw-groen
  • Rhizinen type
    • rhizinen: onvertakt, of eindelings pluizig
    • thallus op één plek aan het substraat gehecht
    • afwezig
    • rhizinen: vertakt
    • rhizinen: flessenborstelachtig
    • ciliën: randstandig
    • thallus over de gehele onderzijde aan het substraat gehecht
    • hypothallus aanwezig
  • Sorediën
    • soralen: randstandig
    • afwezig
    • soralen: op het midden van de lobben
    • soralen: eindstandig
    • soralen: puntvormig
    • soralen: aan de onderzijde
    • soralen: poederig
    • soralen: korrelig
  • Sporen aantal per ascus
    • 1
    • 12
    • 16
    • 2
    • 32
    • 4
    • > 32
    • 6
    • 8
    • sporen los in mazaedium
  • Sporen type
    • kleurloos
    • bruin tot geel
    • zonder septen
    • met verdikte wanden
    • gesepteerd
    • blauwgroen tot zwart
    • (sub)muriform
    • I+ paars
    • met epispore
  • Sporen vorm
    • bolvormig
    • ellipsoid
    • cylindrisch
    • gebogen
    • spoelvormig
    • naaldvormig
    • vierkant of citroenvormig
    • aan een zijde vergroot
  • Thallus kleur
    • wit
    • bruin-grijs tot bruin-zwart
    • groen tot olijfgroen
    • onderzijde wit of kleurloos
    • onderzijde met gelige tint
    • onderzijde donkerbruin tot zwart
    • onderzijde harig, pluizig
    • berijpt of behaard
    • roze of paarsig
    • groen-bruin
    • donkergrijs tot zwart
    • gelig
    • bruinig tot lichtbruin
    • gelig grijs
    • blauw-grijs
    • medulla geel tot oranje
    • kleurloos
    • heldergroen
    • grijs
    • grijs-groen
    • geel
    • geel-groen
    • oranje, oranje-grijs of oranje-groen
    • bruin
    • rood-bruin tot roestrood
  • Vruchtlichamen kleur
    • donkergrijs tot zwart
    • rood-bruin tot rood
    • rood
    • bruin
    • lichtbruin tot geel
    • oranje
    • geen tot zwart-groen
    • grijs tot wittig of gevlekt
    • roze, paars of blauw
    • berijpt
    • van dezelfde kleur als het thallus
  • Vruchtlichamen rand
    • blijvend aanwezig
    • berijpt of harig
    • paddenstoel
    • met haren of rhizinen aan de onderzijde
    • perithecien
    • alleen in jonge apotheciën
    • gegolfd
    • gekarteld
    • met soredien of korrels
    • niet aanwezig
    • met schubjes, isidien of haren
    • langwerpig, op het substraat liggend
    • langwerpig, ingezonken
  • Vruchtlichamen type
    • perithecien
    • gesteelde apothecien
    • paddenstoel
    • perithecien zonder schildje
    • perithecien met schildje rond de opening
    • apothecien: rand van dezelfde kleur als het thallus
    • apothecien: rand van dezelfde kleur als het midden
    • langwerpige apothecien
    • apothecien met vervormde rand (gyroos)
    • vlekvormig apothecien
  • Vruchtlichamen vorm
    • schijf vlak
    • geaggregeerd in een stroma
    • perithecien zonder involucrellum
    • schijf in het midden verdikt (umbo)
    • parasiet in vruchtlichamen van korstmossen
    • mazaedium, gesteeld, steel 1-5 zo hoog als breed
    • mazaedium, gesteeld, steel 6-10 zo hoog als breed
    • mazaedium, gesteeld, steel 11-15 zo hoog als breed
    • mazaedium, gesteeld, steel meer dan 15 zo hoog als breed
    • gesteeld, steel 6-10 zo hoog als breed
    • perithecien minder dan de helft ingezonken
    • gesteeld, steel 11-15 zo hoog als breed
    • gesteeld, steel meer dan 15 zo hoog als breed
    • geaggregeerde lirellen
    • vrijliggende lirellen
    • basidomyceet
    • aan de onderzijde van het thallus
    • perithecien meer dan de helft ingezonken
    • ingezonken in gaten in het substraat
    • ingezonken of kratervormig
    • schijf bol
    • schijf hol
    • paddenstoel
    • gesteeld, steel 1-5 zo hoog als breed

Determineer korstmossen

BLWG

Met deze determinatiesleutel kun je 300 soorten korstmossen op naam brengen. Kies in de lijst een kenmerk en vervolgens de waarde die daar het beste bij past. Vervolgens verschijnen foto's van de soorten die het beste aan de gekozen kenmerken voldoen. Klik op één van de gekozen kenmerken om deze uit de selectie te verwijderen. Vergelijk de resultaten soorten met jouw eigen korstmos door op de soortnamen te klikken.

Tips: Begin met de kenmerken met een '+'. Hiermee kun je snel de juiste soortnaam kunt vinden. In de soortenlijst die tijdens het determineren verschijnt, staan de meest waarschijnlijke soorten bovenaan. Heb je moeite met bepaalde begrippen? Zoek deze dan op in de introductie van een veldgids of op de webpagina Alles wat je moet weten over korstmossen. Gegevens zijn gebaseerd op LichenIdentifier2 (Dobson, 2003), Standaardlijst van de Nederlandse Korstmossen (Aptroot e.a. 2012), met vele aanvullingen en correcties. Vragen of opmerkingen kun je kwijt bij Laurens Sparrius.

 

KNNV Mogelijk gemaakt door Stichting Fondsen KNNV