< Meer determinatiehulpen

laatst gewijzigd op 18-01-2024

Waterbiezen - Eleocharis

Stef van Walsum


Inleiding

Waterbiezen (Eleocharis) zijn in vergelijking met andere Cypergrassen nogal schriel gebouwd. De bloeiwijze bestaat uit een eindstandige aar zonder schutblad. De stengelvoet wordt omhuld door een schede zonder bladschijf. In de aar staat de kafjes in een spiraal.  

Vergelijking

 

Gewone waterbies

Eleocharis palustris

Slanke waterbies

Eleocharis uniglumis

Veelstengelige waterbies

Eleocharis multicaulis

Naaldwaterbies

Eleocharis acicularis

Armbloemige waterbies

Eleocharis quiqueflora

Groeivorm zodevormend zodevormend polvormend zodevormend zodevormend 
Aantal stempels
Aantal bloemen per aar 10-30  10-30  10-30  4-11  3-7 
Kafjes groene middenstreep groene middenstreep  groene middenstreep groene middenstreep lichtbruine middenstreep 

Onderste (onvruchtbare) kafje

omvat de aarspil voor de helft

omvat de aarspil volledig

omvat aarspil volledig, korter dan andere kafjes

 

omvat aarspil volledig, net zo lang als andere kafjes 

 

omvat aarspil volledig, groter dan andere kafjes (bijna net langs als het hele aartje)

 

Bloeistengel rond rond  rond  4-kantig  rond 
Bovenste bladscheden horizontaal afgesneden horizontaal afgesneden  schuin afgesneden  schuin afgesneden horizontaal afgesneden
Kleur onderste bladscheden bruin rood bruin  bruinrood  bruin 
Nootje glad, lensvormig  glad, lensvormig  glad, driekantig  geribd  glad, driekantig met stekelpunt 

Verspreiding

 

heel algemeen: allerlei typen vochtige plekken en waterkanten 

 

vrij zeldzaam: met name in kustprovincies 

 

zeldzaam maar plaatselijk algemeen: vennen, natte heide 

 

vrij algemeen: slikkige oevers, vennen 

zeldzaam: kalkrijke plekken in vochtige duinvalleien, randen van schorren en kwelders, kwelplekken in het binnenland 

 

  • Illustratie: Heukels' flora

Opmerkingen

  • De groeivormen zodevormend en polvormend zijn bij Gewone waterbies en Veelstengelige waterbies soms niet altijd even duidelijk. Bekijk (en fotografeer) bij twijfelgevallen altijd de bovenste bladscheden en/of het aantal stempels. 
  • Veenbies en Vlottende bies kunnen op Waterbiezen lijken maar verschillen vanwege de aanwezigheid van een 2-10 mm lange bladschijf. 
  • Naast de bovengenoemde soorten zijn er drie andere waterbiezen gevonden in Nederland, waarvan de eerste twee afkomstig zijn uit Noord-Amerika en de derde inheems is in Europa. Alle drie de soorten zijn in Nederland zeer zeldzaam en worden sporadisch aangetroffen. In tegenstelling tot de andere waterbiezen zijn ze eenjarig en groeien in pollen.        

Foto's

Gewone waterbies (Eleocharis palustris)

 

Foto's: Peter Meininger & Hanneke Waller

 

Slanke waterbies (Eleocharis uniglumis)

 

Foto's: Niels Jeurink & Stef van Walsum

 

Veelstengelige waterbies (Eleocharis multicaulis)

 

Foto's: Willem Braam & Stef van Walsum

 

Naaldwaterbies (Eleocharis acicularis)

 

Foto's: Willem Braam

 

Armbloemige waterbies (Eleocharis quinqueflora)

 

Foto's: Willem Braam & Jaap Oosterom

Literatuur

Bruin, C.J.W. (1995) Over de standplaats en plantensociologische positie van Eleocharis quinqueflora (Hart.) Schwarz in Nederland. Stratiotes 10: 33-52.
 
Bruinsma, J.;Gonggrijp, S.;Spronk, J. (2021) Amerikaanse Cyperaceae in Son en Breugel. Gorteria 43: 52-55. 
 
Cortenraad, J. (1995) Uit de flora van Limburg. Aflevering 38. Natuurhistorisch Maandblad 84: 82-84.
 
Hartsen, F.A. (1868) Heleocharis multicaulis - Veelstengelige Heleocharis Flora Batava 13: 972-972. 
 
Hartsen, F.A. (1868) Heleocharis acicularis - Borstelige Heleocharis Flora Batava 13: 973-973. 
 
Hartsen, F.A. (1868) Heleocharis palustris - Moeras Heleocharis Flora Batava 13: 974-974. 
 
Hofstra, J.;Bruin, C.J.W. (1996) Nogmaals over de associatie van Armbloemige waterbies (Eleocharitetum quinqueflorae). Stratiotes 12: 29-40.
 
Kops, J.;van Hall, H.C. (1832) Elaeocharis (Scirpus) palustris - gemeene Waterbies Flora Batava 6: 471-471. 
 
Lecron, J.M. (2009) Eleocharis ovata à Cerfontaine (Entre-Sambre-et-Meuse, Belgique). Dumortiera 96: 14-16. 
 
Müller, R. (1993) Zur Verbreitung der beiden Unterarten Eleocharis palustris subsp. palustris und subsp. vulgaris S.M. Walters im Landkreis Harburg (Niedersachsen). Floristische Rundbriefe 27: 20-21.
 
Reichgelt, T.J. (1956) Cyperaceae. Flora Neerlandica : 7-52. 
 
Simons, E.;Wieringa, J.;Gonggrijp, S. (2020) Eleocharis ovata and its alien allies in the Netherlands. Gorteria 42: 28-35. 
 
Simons, E.L.A.N.;Slootweg, E.J. (2012) Eivormige verrassing in modder langs de Waal. Natuurbericht 18284: 1-1. 
 
Teeuwen, J.;Hermans, J. (2003) Recente ontwikkelingen van flora en vegetatie in en langs de vennen van de Beegderheide. Natuurhistorisch Maandblad 92: 87-93.
 
van der Meijden, R.;Holverda, W.J.;Duistermaat, L.H. (1996) Nieuwe vondsten van zeldzame planten in 1993, 1994 en (ten dele) 1995. Gorteria 22: 57-80. 
 
van Eeden, F.W. (1877) Scirpus pauciflorus - Armbloedige Bies Flora Batava 15: 1188-1188. 
 
van Eeden, F.W. (1884) Heleocharis uniglumis - Eenschubbige Waterbies Flora Batava 16: 1243-1243. 
 
Verloove, F. (2015) Eleocharis engelmannii and E. obtusa (Cyperaceae), two recent acquisitions from series Ovatae in Belgium. Dumortiera 107: 25-30.