Ecologie & verspreiding
In haar typische vorm breekt het Smalsporig hangkommetje (Merismodes confusa) in clusters van 10-20 exemplaren door de schors van afgestorven, nog aan de boom zittende dunne takken van wilgen heen. Vaak gaat het daarbij om laag blijvende, meer struikvormige wilgen. Deze groeivorm is zo karakteristiek, dat je er gericht en ongeveer op ooghoogte naar kunt zoeken, bijvoorbeeld in wilgenstruweel langs waterpartijen. Soms wordt de soort echter ook op kaal loofhout van andere boomsoorten aangetroffen, waarbij ze dan (net zoals het Breedsporig hangkommetje, Merismodes anomala) in zwermen kan groeien. De soort kan gedurende een groot deel van het jaar gevonden worden.
In haar typische vorm breekt het Smalsporig hangkommetje (Merismodes confusa) in clusters van 10-20 exemplaren door de schors van afgestorven, nog aan de boom zittende dunne takken van wilgen heen. Vaak gaat het daarbij om laag blijvende, meer struikvormige wilgen. Deze groeivorm is zo karakteristiek, dat je er gericht en ongeveer op ooghoogte naar kunt zoeken, bijvoorbeeld in wilgenstruweel langs waterpartijen. Soms wordt de soort echter ook op kaal loofhout van andere boomsoorten aangetroffen, waarbij ze dan (net zoals het Breedsporig hangkommetje, Merismodes anomala) in zwermen kan groeien. De soort kan gedurende een groot deel van het jaar gevonden worden.
Substraatvoorkeur: takken, dood (34)