Vertakte maanvaren

Botrychium matricariifolium


Ecologie & verspreiding
Vertakte maanvaren wordt gevonden op open, zonnige tot halfbeschaduwde plaatsen op vochtige, voedselarme, zure tot neutrale, silicaatrijke leembodems. Ze groeit vooral in heischraal grasland en borstelgraslanden, verder in duinen, aan bosranden en bij struwelen en in half open bossen. Deze maanvaren, waarvan het prothallium jarenlang ondergronds blijft, vormt pas na vijf à zes jaar sporen en komt in Europa overwegend voor in de koelere en gematigd koele delen. De soort is in 1840 een tweetal exemplaren verzameld op een zandig heideterrein bij De Bilt en pas in 1948 als zodanig herkend bij een herbariumrevisie voor de eerste deel van de Flora Neerlandica. Bij deze ene vondst is het gebleven en kan beschouwd worden als een westelijke voorpost van areaal. De plant gaat in Centraal Europa achteruit ten gevolge van het dichtgroeien van standplaatsen en door de eutrofiëring door stikstofdepositie. Ze is onmiskenbaar door haar sterk ingesneden bladdelen.
Groep: varens (sporenplanten)
Status: voor 1900 verdwenen
Zeldzaamheid: verdwenen
Ecologische groep: kalkgraslanden
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website