Ecologie & verspreiding
Het Geel hoorntje komt in bijna heel Nederland algemeen voor. Alleen in de open gebieden waar vrijwel geen dood hout ligt, zul je de soort met moeite vinden. De vruchtlichamen groeien op ontschorst, vochtig en verrot loofhout en soms op naaldhout; vaak dikkere takken, stammen of stronken. Eik wordt het meest genoemd, gevolgd door populier, Beuk en berk. Onder naaldhout zijn den en spar favoriet. Het is niet bekend hoe vaak de knotsvormige variant in Nederland is gevonden door verwisseling met het Knotshoorntje.
Het Geel hoorntje komt in bijna heel Nederland algemeen voor. Alleen in de open gebieden waar vrijwel geen dood hout ligt, zul je de soort met moeite vinden. De vruchtlichamen groeien op ontschorst, vochtig en verrot loofhout en soms op naaldhout; vaak dikkere takken, stammen of stronken. Eik wordt het meest genoemd, gevolgd door populier, Beuk en berk. Onder naaldhout zijn den en spar favoriet. Het is niet bekend hoe vaak de knotsvormige variant in Nederland is gevonden door verwisseling met het Knotshoorntje.
Substraatvoorkeur: takken, dood (34)