Beklierde ogentroost

Euphrasia officinalis


Ecologie & verspreiding
Beklierde ogentroost groeit op zonnige, iets open plekken op matig droge tot matig vochtige, matig voedselarme tot matig voedselrijke, kalkrijke, zelden kalkarme grond, zoals mergel en stenige plekken. In Nederland is zij uiterst zeldzaam en komt ze hoofdzakelijk voor op zonnige krijthellinggraslanden in Zuid-Limburg. Vroeger stond zij op heel wat plekken in Zuid-Limburg, maar tegenwoordig wordt zij daar niet meer waargenomen. De recentste waarnemingen van Beklierde ogentroost stammen allemaal uit het eind van de vorige eeuw. Mogelijk komt de soort niet meer in Nederland voor. De oorzaak van deze achteruitgang is onbekend. Beklierde ogentroost kan verward worden met andere Euphrasia-soorten, maar zij onderscheidt zich daarvan door het bezit van vele lange klierharen, tenminste op de randen van de schutbladen, en door een bloemkroonbuis die tijdens de bloei uitgroeit, zodat de kroon tenslotte één tot anderhalve centimeter lang is. Beklierde ogentroost is een halfparasiet die woekert op grassen en schijngrassen.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - mei - september

Hoogte - 0,10-0,25 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels - Worteldiepte tot 20 cm.

Stengels/takken - De zachtharige stengels zijn bedekt met vele lange klierharen, vaak aan de voet vertakt en rood aangelopen.

Bladeren - De licht- tot donkergroene, eironde tot langwerpige blaadjes zijn getand. De onderste schutbladen zijn driehoekig tot eirond.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De kroonbuis verlengt zich sterk tijdens de bloei, zodat de kroon tenslotte 1,5 cm lang wordt (eerst 0,8 cm). De bloemen zijn wit met een gele keel. De bovenlip is vaak lichtpaars.

Vruchten - Een doosvrucht. De vrucht is niet langer dan de kelk. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bodem - Zonnige, iets open plaatsen op matig droge tot matig vochtige, matig voedselarme tot matig voedselrijke, kalkrijke, zelden kalkarme grond (mergel en stenige plaatsen). Beklierde ogentroost is een halfparasiet, die woekert op grassen en cypergrassen.

Groeiplaats - Grasland (kalkgrasland). De wortels van de plant onttrekken water en zouten aan de wortels van andere planten, maar is zelf ook in staat tot fotosynthese.
Familie: Orobanchaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Rode Lijst: Ernstig bedreigd
Zeldzaamheid: zeer zeldzame soort
Ecologische groep: kalkgraslanden
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website