Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)
Bloeitijd - april - juni
Hoogte - 0,20-0,60 m.
Geslachtsverdeling - polygaam
Wortels - Kruipende wortelstokken. Worteldiepte tot 10 cm.
Stengels/takken - Veenreukgras vormt grote groepen.
Bladeren - Voor ontplooiing is de bladschijf ingerold. De bladeren van de bloeistengel zijn zeer kort. Het bovenste is soms niet meer dan 1 cm lang. De bladeren van vegetatieve spruiten zijn zeer lang. Deze kunnen tot 30 cm lang worden. Het tongetje wordt tot 3 mm lang. Het is driehoekig. Aan niet-bloeiende stengels is het afgeknot.
Bloemen - Polygaam (bloemen met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen en bloemen met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke geslachtsorganen). De bloeiwijze is wijd pluimvormig. De aartjes zijn 3½ tot 5 mm lang. Ze zijn eivormig, aan de voet groen of paars en naar boven goudbruin. De kelkkafjes zijn bootvormig. Ze hebben 1 of 3 nerven. Ze komen niet helemaal tot de top van het aartje. Aan de top van het aartje zitten 3 dicht op elkaar zittende bloemen die omhuld worden door de kelkkafjes.
Vruchten - Een graanvrucht. Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).
Bodem - Zonnige tot matig beschaduwde plaatsen op vochtige tot natte, matig voedselarme tot matig voedselrijke, niet bemeste, zwak zure grond (laagveen, venig of humeus zand en leem).
Groeiplaats - Grasland (nat, bemest grasland, verruigd grasland en hooiland op laagveen), bermen, waterkanten (sloten en kanalen), moerassen (verruigend rietland), zeeduinen (duinvalleien), bosranden en langs bosjes en soms aan de bovenrand van kwelders.
Bloeitijd - april - juni
Hoogte - 0,20-0,60 m.
Geslachtsverdeling - polygaam
Wortels - Kruipende wortelstokken. Worteldiepte tot 10 cm.
Stengels/takken - Veenreukgras vormt grote groepen.
Bladeren - Voor ontplooiing is de bladschijf ingerold. De bladeren van de bloeistengel zijn zeer kort. Het bovenste is soms niet meer dan 1 cm lang. De bladeren van vegetatieve spruiten zijn zeer lang. Deze kunnen tot 30 cm lang worden. Het tongetje wordt tot 3 mm lang. Het is driehoekig. Aan niet-bloeiende stengels is het afgeknot.
Bloemen - Polygaam (bloemen met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen en bloemen met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke geslachtsorganen). De bloeiwijze is wijd pluimvormig. De aartjes zijn 3½ tot 5 mm lang. Ze zijn eivormig, aan de voet groen of paars en naar boven goudbruin. De kelkkafjes zijn bootvormig. Ze hebben 1 of 3 nerven. Ze komen niet helemaal tot de top van het aartje. Aan de top van het aartje zitten 3 dicht op elkaar zittende bloemen die omhuld worden door de kelkkafjes.
Vruchten - Een graanvrucht. Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).
Bodem - Zonnige tot matig beschaduwde plaatsen op vochtige tot natte, matig voedselarme tot matig voedselrijke, niet bemeste, zwak zure grond (laagveen, venig of humeus zand en leem).
Groeiplaats - Grasland (nat, bemest grasland, verruigd grasland en hooiland op laagveen), bermen, waterkanten (sloten en kanalen), moerassen (verruigend rietland), zeeduinen (duinvalleien), bosranden en langs bosjes en soms aan de bovenrand van kwelders.
Familie: Poaceae
Groep: eenzaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Rode Lijst: Kwetsbaar
Zeldzaamheid: vrij zeldzame soort
Ecologische groep: natte, bemeste graslanden