Ecologie & verspreiding
Waterlepeltje is een overblijvende soort van natte biotopen. Ze kwam vooral voor in de kwelzone van het overgangsgebied tussen hogere zandgronden met beekdalen of veengebieden. Tegenwoordig komt ze voor in open, niet al te diepe poeltjes waar ze zowel op de oever als in het water kan groeien. Het water is matig voedselarm tot matig voedselrijk en zwak zuur tot neutraal. De soort had twee bolwerken in Nederland namelijk het Zuidoosten en Twente. Waterlepeltje is sterk achteruitgegaan en staat op de Rode lijst als bedreigd. De soort kan echter (weer) verschijnen na natuurherstellende maatregelen. Dit is mede te danken aan lang levend zaad. Het kan dus de moeite lonen om oude standplaatsen uit te baggeren, of te plaggen. Uit het natuurgebied De Zegge in Vlaanderen is duidelijk geworden dat Waterlepeltje zich sterk kan uitbreiden bij goede standplaatscondities. Dit vraagt echter wel een aanvullend beheer waardoor open biotopen blijven gehandhaafd.
Waterlepeltje is een overblijvende soort van natte biotopen. Ze kwam vooral voor in de kwelzone van het overgangsgebied tussen hogere zandgronden met beekdalen of veengebieden. Tegenwoordig komt ze voor in open, niet al te diepe poeltjes waar ze zowel op de oever als in het water kan groeien. Het water is matig voedselarm tot matig voedselrijk en zwak zuur tot neutraal. De soort had twee bolwerken in Nederland namelijk het Zuidoosten en Twente. Waterlepeltje is sterk achteruitgegaan en staat op de Rode lijst als bedreigd. De soort kan echter (weer) verschijnen na natuurherstellende maatregelen. Dit is mede te danken aan lang levend zaad. Het kan dus de moeite lonen om oude standplaatsen uit te baggeren, of te plaggen. Uit het natuurgebied De Zegge in Vlaanderen is duidelijk geworden dat Waterlepeltje zich sterk kan uitbreiden bij goede standplaatscondities. Dit vraagt echter wel een aanvullend beheer waardoor open biotopen blijven gehandhaafd.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)
Bloeitijd - juli - augustus
Hoogte - 0,15-0,30 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels -
Stengels/takken - De kruipende stengels zijn kaal, dun, donker paarsrood en iets vlezig. Ze wortelen onderaan.
Bladeren - De tegenover elkaar staande bladeren zijn omgekeerd-eirond tot langwerpig, rood generfd, gaafrandig, spits, glanzig en 1 tot 4 cm lang, Ze zijn boven het midden het breedst.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De alleenstaande bloemen groeien in de bladoksels. Ze zijn groen, vaak met rode rand en 3 tot 4 mm groot. Ze hebben 4 meeldraden, 4 kelkbladen en geen kroonbladen.
Vruchten - De doosvrucht is klein, hoekig, geelachtig met groene strepen en heeft een niet afvallende kelk. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bodem - Zonnige, warme, open plaatsen (pionier) in ondiep, matig voedselarm tot matig voedselrijk (stikstofrijk), zwak zuur tot neutraal water met wisselende waterstanden (laagveen en zand).
Groeiplaats - Waterkanten en water (beken, plassen, ondiepe poelen en sloten in kwelgebieden).
Bloeitijd - juli - augustus
Hoogte - 0,15-0,30 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels -
Stengels/takken - De kruipende stengels zijn kaal, dun, donker paarsrood en iets vlezig. Ze wortelen onderaan.
Bladeren - De tegenover elkaar staande bladeren zijn omgekeerd-eirond tot langwerpig, rood generfd, gaafrandig, spits, glanzig en 1 tot 4 cm lang, Ze zijn boven het midden het breedst.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De alleenstaande bloemen groeien in de bladoksels. Ze zijn groen, vaak met rode rand en 3 tot 4 mm groot. Ze hebben 4 meeldraden, 4 kelkbladen en geen kroonbladen.
Vruchten - De doosvrucht is klein, hoekig, geelachtig met groene strepen en heeft een niet afvallende kelk. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bodem - Zonnige, warme, open plaatsen (pionier) in ondiep, matig voedselarm tot matig voedselrijk (stikstofrijk), zwak zuur tot neutraal water met wisselende waterstanden (laagveen en zand).
Groeiplaats - Waterkanten en water (beken, plassen, ondiepe poelen en sloten in kwelgebieden).
Familie: Onagraceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Rode Lijst: Bedreigd
Zeldzaamheid: zeldzame soort
Ecologische groep: pionier op stikstofrijke, natte grond