Ecologie & verspreiding
Bokjessteenbreek vereist zonnige, vochtige, voedselarme, zure grond en op overgangen van kalkhoudende, droge minerale zand- en leemgrond naar voedselarm, zuur en nat hoogveen. Deze veelvormige Steenbreek groeit in veenachtig weilanden, bovenveengraslanden, grazige en venige plekken in heiden en op mosveen. De soort komt voor in alle koudere delen van het Noordelijk Halfrond en heeft in Europa een duidelijk verbrokkeld, zuidelijk areaal. De weinig concurrentiekracht bezittende plant wordt dan ook als een overblijfsel uit de laatste ijstijd gezien. De plant werd in 1859 bij Weerdinge in Drenthe gezien maar is daar later nooit meer waargenomen. Hier stond ze op mosveen in een contactzone zoals hierboven gemeld is. De soort gaat overal in haar zuidelijke verspreidinggebied sterk achteruit, alleen op Spitsbergen en IJsland weet ze zich goed te handhaven. De reden van haar achteruitgang elders in Europa is niet duidelijk, misschien is het te wijten aan zaken als ontginningen, wateronttrekking en toegenomen begrazing.
Bokjessteenbreek vereist zonnige, vochtige, voedselarme, zure grond en op overgangen van kalkhoudende, droge minerale zand- en leemgrond naar voedselarm, zuur en nat hoogveen. Deze veelvormige Steenbreek groeit in veenachtig weilanden, bovenveengraslanden, grazige en venige plekken in heiden en op mosveen. De soort komt voor in alle koudere delen van het Noordelijk Halfrond en heeft in Europa een duidelijk verbrokkeld, zuidelijk areaal. De weinig concurrentiekracht bezittende plant wordt dan ook als een overblijfsel uit de laatste ijstijd gezien. De plant werd in 1859 bij Weerdinge in Drenthe gezien maar is daar later nooit meer waargenomen. Hier stond ze op mosveen in een contactzone zoals hierboven gemeld is. De soort gaat overal in haar zuidelijke verspreidinggebied sterk achteruit, alleen op Spitsbergen en IJsland weet ze zich goed te handhaven. De reden van haar achteruitgang elders in Europa is niet duidelijk, misschien is het te wijten aan zaken als ontginningen, wateronttrekking en toegenomen begrazing.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)
Bloeitijd - juli - september
Hoogte - 0,10-0,25 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels -
Stengels/takken - De rechtopstaande stengels zijn onderaan bebladerd. De plant heeft korte bebladerde uitlopers en groeit in losse pollen.
Bladeren - De vrij langwerpige bladeren zijn niet ingesneden. Ze zijn naar de voet behaard.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De alleenstaande of in groepjes van twee tot vier groeiende bloemen zijn geel, soms met rode vlekjes. Ze zijn 2-3 cm. De kroonbladen zijn ongeveer drie keer zo lang als de teruggeslagen kelkbladen.
Vruchten - Een doosvrucht. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bodem - Zonnige plaatsen op vochtige, voedselarme grond, op de overgang van kalkhoudende, droge minerale grond (zand en leem) naar voedselarm, zuur en nat hoogveen.
Groeiplaats - Grasland (veenachtig weiland en bovenveengrasland), heide (grazige en venige plekken) en mosveen.
Bloeitijd - juli - september
Hoogte - 0,10-0,25 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels -
Stengels/takken - De rechtopstaande stengels zijn onderaan bebladerd. De plant heeft korte bebladerde uitlopers en groeit in losse pollen.
Bladeren - De vrij langwerpige bladeren zijn niet ingesneden. Ze zijn naar de voet behaard.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De alleenstaande of in groepjes van twee tot vier groeiende bloemen zijn geel, soms met rode vlekjes. Ze zijn 2-3 cm. De kroonbladen zijn ongeveer drie keer zo lang als de teruggeslagen kelkbladen.
Vruchten - Een doosvrucht. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bodem - Zonnige plaatsen op vochtige, voedselarme grond, op de overgang van kalkhoudende, droge minerale grond (zand en leem) naar voedselarm, zuur en nat hoogveen.
Groeiplaats - Grasland (veenachtig weiland en bovenveengrasland), heide (grazige en venige plekken) en mosveen.
Familie: Saxifragaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: voor 1900 verdwenen
Zeldzaamheid: verdwenen
Ecologische groep: heide, veen, schraalland & kalkmoeras