Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)
Bloeitijd - juli - augustus
Hoogte - 0,15-0,75 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels - Geen of nauwelijks wortelstokken. Worteldiepte tot 20 cm.
Stengels/takken - De stengels vormen pollen of matten en hebben bovengrondse uitlopers.
Bladeren - De bladeren zijn vrij sterk geribd. Voor ontplooiing zijn ze min of meer gootvormig. De randen liggen tegen elkaar aan. De niet-bloeiende spruiten zijn smal, minder dan 2 mm breed en hebben een spits tongetje. Het bloeistengelblad is iets breder.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De ijle bloempluim is meestal paarsig, ongeveer 2 keer zo lang als breed, aan de top vaak knikkend en 3 tot 16 cm lang.
Vruchten - Een graanvrucht. De zaden zijn langlevend (> 5 jaar). Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).
Bodem - Zonnige, soms licht beschaduwde plaatsen op natte, voedselarme tot matig voedselrijke, zwak zure tot zure, humeuze tot venige grond en in ondiep, voedselarm tot matig voedselrijk, zwak zuur tot zuur water (laagveen, zand, leem en rivierklei).
Groeiplaats - Waterkanten (langs vennen), moerassen (veenmoerassen), grasland (weinig of niet bemest hooiland), zeeduinen (duinvalleien), heide (hoogveen met enige bemestingsinvloed of toenemende schommelingen in het waterpe) en bossen.
Bloeitijd - juli - augustus
Hoogte - 0,15-0,75 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels - Geen of nauwelijks wortelstokken. Worteldiepte tot 20 cm.
Stengels/takken - De stengels vormen pollen of matten en hebben bovengrondse uitlopers.
Bladeren - De bladeren zijn vrij sterk geribd. Voor ontplooiing zijn ze min of meer gootvormig. De randen liggen tegen elkaar aan. De niet-bloeiende spruiten zijn smal, minder dan 2 mm breed en hebben een spits tongetje. Het bloeistengelblad is iets breder.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De ijle bloempluim is meestal paarsig, ongeveer 2 keer zo lang als breed, aan de top vaak knikkend en 3 tot 16 cm lang.
Vruchten - Een graanvrucht. De zaden zijn langlevend (> 5 jaar). Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).
Bodem - Zonnige, soms licht beschaduwde plaatsen op natte, voedselarme tot matig voedselrijke, zwak zure tot zure, humeuze tot venige grond en in ondiep, voedselarm tot matig voedselrijk, zwak zuur tot zuur water (laagveen, zand, leem en rivierklei).
Groeiplaats - Waterkanten (langs vennen), moerassen (veenmoerassen), grasland (weinig of niet bemest hooiland), zeeduinen (duinvalleien), heide (hoogveen met enige bemestingsinvloed of toenemende schommelingen in het waterpe) en bossen.
Familie: Poaceae
Groep: eenzaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: algemene soort
Ecologische groep: laagvenen