Ecologie & verspreiding
Duinteunisbloem groeit op zonnige, open, droge, matig voedselrijke, kalkhoudende zandgrond in de duinen, vooral nabij de zeereep. De plant staat in de zeereep van kustgebieden waar nog duinvorming plaatsvindt. Daar is zij kenmerkend voor situaties waar het aanstuiven van zand sterk verminderd of opgehouden is, maar waar het zand nog te beweeglijk en te humusarm is voor een bodembedekkende begroeiing. Ook meer landinwaarts in het duingebied gelegen soortgelijke stukjes bewegend zand, zoals kale stukjes zand (paadjes) bij aardappelakkertjes of kale zandduintjes, komt de soort voor. Duinteunisbloem is in Nederland vrij zeldzaam in de duin- en getijdengebieden. Elders in Nederland is zij adventief met zand. De soort werd vlak na de vorige eeuwwisseling voor het eerst in Nederland – namelijk op de Waddeneilanden – waargenomen. Zij is mogelijk oorspronkelijk afkomstig uit Noord-Amerika.
Duinteunisbloem groeit op zonnige, open, droge, matig voedselrijke, kalkhoudende zandgrond in de duinen, vooral nabij de zeereep. De plant staat in de zeereep van kustgebieden waar nog duinvorming plaatsvindt. Daar is zij kenmerkend voor situaties waar het aanstuiven van zand sterk verminderd of opgehouden is, maar waar het zand nog te beweeglijk en te humusarm is voor een bodembedekkende begroeiing. Ook meer landinwaarts in het duingebied gelegen soortgelijke stukjes bewegend zand, zoals kale stukjes zand (paadjes) bij aardappelakkertjes of kale zandduintjes, komt de soort voor. Duinteunisbloem is in Nederland vrij zeldzaam in de duin- en getijdengebieden. Elders in Nederland is zij adventief met zand. De soort werd vlak na de vorige eeuwwisseling voor het eerst in Nederland – namelijk op de Waddeneilanden – waargenomen. Zij is mogelijk oorspronkelijk afkomstig uit Noord-Amerika.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)
Bloeitijd - juni - september
Hoogte - 0,30-1,50 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels - Een penwortel.
Stengels/takken - De rechtopstaande stengels zijn behaard. De haren staan voor een deel op de rode knobbels. Op de stengels zie je rode strepen of vlekken.
Bladeren - De vlakke rozetbladen zijn in het midden het breedst. De zijnerven springen van onderen nauwelijks uit. Ze zijn aangedrukt behaard.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). Aan het begin van de bloei is de bloeiwijze aan de top omgebogen of soms zelfs naar beneden gebogen. De kroonbladen zijn 0,8-1,6 cm lang.
Vruchten - Een doosvrucht. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bodem - Zonnige, open plaatsen op droge, matig voedselarme, kalkhoudende zandgrond.
Groeiplaats - Zeeduinen (het meest nabij de zeereep) en grasland (kalkgrasland).
Bloeitijd - juni - september
Hoogte - 0,30-1,50 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels - Een penwortel.
Stengels/takken - De rechtopstaande stengels zijn behaard. De haren staan voor een deel op de rode knobbels. Op de stengels zie je rode strepen of vlekken.
Bladeren - De vlakke rozetbladen zijn in het midden het breedst. De zijnerven springen van onderen nauwelijks uit. Ze zijn aangedrukt behaard.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). Aan het begin van de bloei is de bloeiwijze aan de top omgebogen of soms zelfs naar beneden gebogen. De kroonbladen zijn 0,8-1,6 cm lang.
Vruchten - Een doosvrucht. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bodem - Zonnige, open plaatsen op droge, matig voedselarme, kalkhoudende zandgrond.
Groeiplaats - Zeeduinen (het meest nabij de zeereep) en grasland (kalkgrasland).
Familie: Onagraceae
Groep: S
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: vrij zeldzame soort
Ecologische groep: kalkgraslanden