Moeraswalstro

Galium palustre


© Peter Meininger

Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - mei - september

Hoogte - 0,05-0,50 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels - Worteldiepte 10 tot 20 cm.

Stengels/takken - De vierkantige, dunne stengels zijn ruw op de kanten door fijne, gekromde stekelhaartjes.

Bladeren - De bladeren groeien in bladkransen van meestal 4 (soms 5 of 6) bladeren. Ze verschillen vaak nogal in grootte. Ze hebben ruwe randen, zijn eirond tot langwerpig en in of boven het midden het breedst. Meestal hebben ze een stompe bladtop en 1 nerf. De bladrand is niet omgerold. Bij droging worden de bladeren zwart.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloeiwijze is ijl tot gedrongen. De bloemen vormen meestal een losbloemige, pyramidevormige pluim. De 3 tot 5 mm grote bloemen zijn wit of soms groenachtig en in de knop vaak roze. Ze hebben rode helmknoppen en zijn meestal 4-tallig, maar soms 3-tallig.

Vruchten - Een splitvrucht. Vaak ontwikkelt zich per bloem maar 1 dopvrucht. Deze is 1½ tot 3 mm lang. De rijpe vrucht is zwart en glad. De zaden zijn kortlevend (1-5 jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bodem - Zonnige tot licht beschaduwde, open tot grazige plaatsen op natte of onder water (zoet tot zwak brak water) staande, matig voedselarme tot zeer voedselrijke, zwak zure tot basische (kalkhoudende) grond (vrijwel alle grondsoorten).

Groeiplaats - Waterkanten (beken, sloten, greppels en niet te voedselarme vennen), moerassen (drijftillen en jong veenmosrietland), bossen (moerasbossen), kapvlakten, zeeduinen (duinvalleien), grasland (hooiland en weiland), afgravingen, ijsbaantjes, langs paden, wagensporen en ruigten.
Familie: Rubiaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: algemene soort
Ecologische groep: voedselrijke oevers
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website