Duinlangbaardgras

Vulpia ciliata subsp. ambigua


© Tim van de Vondervoort

Ecologie & verspreiding
Duinlangbaardgras is te vinden op zonnige en open, warme en droge, matig voedselarme tot matig voedselrijke, neutrale, al of niet betreden zandgrond en ruderale plaatsen. De eenjarige plant groeit voornamelijk in de zeeduinen en zeeduinen (vaak op enigszins ruderale plekken), in droge neutrale graslanden en verder op opgespoten zand. Het taxon is inheems in Zuidwest-Azië, Noord-Afrika en Zuid-Europa en het verspreidingsgebied verkeert in een uitbreidingsproces en reikt momenteel noordelijk tot aan de kusten van Zuid-Engeland, Noordwest-Frankrijk, België en Nederland. De soort is o.a. zeer zeldzaam in Zeeland en de Zuid-Hollandse eilanden en het zuidelijke deel van deze provincie, langs de kust van het IJsselmeer, in de Noord-Hollandse duinen ten noorden van het Noord-Zeekanaal en in het Waddengebied. Duinlangbaardgras wijkt af van de overige Langbaardgrassen door de grote lengteverschillen tussen de kelkkafjes, de rechtopstaande , kleinere bloeiwijze en verschilt van gewimperd langbaardgras door de kleinere aartjes en lemma’s die doorgaans kaal zijn.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - mei - juni

Hoogte - 0,05-0,30 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels -

Stengels/takken -

Bladeren -

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloemen vormen samen een rechtopstaande pluim, die vaak paars is aangelopen en meestal korter is dan 1 dm, maar soms langer. De aartjes bevatten meer onvruchtbare dan vruchtbare bloemen. Slechts één  of twee  onderaan het aartje zijn vruchtbaar. Het onderste kelkkafje is 0,2-1 mm lang. De aartjes, zonder de naalden, worden 0,5 -0,7 cm lang. Lemma (het onderste schubvormige blaadje van een afzonderlijke bloem) van de onderste bloem 4-6 mm lang en kaal.

Vruchten - Een graanvrucht. Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).

Bodem - Zonnige, warme, open plaatsen op droge, matig voedselarme tot matig voedselrijke, neutraal, al of niet betreden zandgrond.

Groeiplaats - Zeeduinen (vaak op enigszins ruderale plaatsen), grasland (open plaatsen in droog, neutraal grasland) en opgespoten grond.
Familie: Poaceae
Groep: eenzaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: zeldzame soort
Ecologische groep: droge, neutrale graslanden
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website