Ecologie & verspreiding
Ecologie
De soort heeft min of meer dezelfde ecologie als M. triquetra: basenrijke overgangsvenen.
In Nederland is de soort alleen bekend van een natte duinvallei, in een omgeving waar ook Pseudocalliergon lycopodioides is gevonden. Beide soorten zijn kalkminnend en wijzen op de aanwezigheid van basenrijke kwel.
Verspreiding
De enige groeiplaats van Meesia uliginosa lag in het Rozenwater in de binnenduinen bij Zandvoort. Buse heeft hier in 1839 en 1840 prachtig materiaal verzameld. Het Rozenwater is inmiddels sterk verdroogd door waterwinning. Meesia uliginosa heeft in Europa vrijwel hetzelfde verspreidingsgebied als M. triquetra, arctische en boreaal-montane gebieden, en is evenals M. triquetra in het laagland verdwenen.
Summary
The only record from Meesia triquetra in the Netherlands dates from about 1840 in a wet and probably calcareous dune valley.
Ecologie
De soort heeft min of meer dezelfde ecologie als M. triquetra: basenrijke overgangsvenen.
In Nederland is de soort alleen bekend van een natte duinvallei, in een omgeving waar ook Pseudocalliergon lycopodioides is gevonden. Beide soorten zijn kalkminnend en wijzen op de aanwezigheid van basenrijke kwel.
Verspreiding
De enige groeiplaats van Meesia uliginosa lag in het Rozenwater in de binnenduinen bij Zandvoort. Buse heeft hier in 1839 en 1840 prachtig materiaal verzameld. Het Rozenwater is inmiddels sterk verdroogd door waterwinning. Meesia uliginosa heeft in Europa vrijwel hetzelfde verspreidingsgebied als M. triquetra, arctische en boreaal-montane gebieden, en is evenals M. triquetra in het laagland verdwenen.
Summary
The only record from Meesia triquetra in the Netherlands dates from about 1840 in a wet and probably calcareous dune valley.
Familie: Meesiaceae
Groep: Bladmossen
Status: Onbestendig (slechts incidentele kortstondige vindplaatsen; geen aanwijzingen dat soort hier langer dan 10 jaar aaneengesloten in Nederland voorkwam)
Zeldzaamheid: afwezig in Nederland
Substraatvoorkeur: veen