Ecologie & verspreiding
Van Polytrichum commune komen in ons land twee variëteiten voor: var. commune en var. perigoniale. Het aantal stippen op de verspreidingskaartjes van de twee variëteiten is helaas nog beperkt. Polytrichum commune s.l. verdraagt minder schaduw dan de dubbelganger Polytrichum formosum, maar een 'ecologische determinatie' is sterk af te raden: P. commune var. perigoniale komt vrij algemeen voor in droge, arme bossen en var. commune in broekbossen en ook wel in drogere bossen. Omgekeerd komt P. formosum geregeld voor in heideterreinen. Daar waar beide soorten bij of door elkaar groeien, is P. commune s.l. altijd te herkennen aan de veel smallere blaadjes, vaak met een iets grijsgroene kleur (grasgroen bij P. formosum). Met enige oefening zijn beide soorten in het veld (in vochtige toestand) vrijwel altijd zeker te herkennen. De verschillen tussen beide variëteiten zijn in Siebel & During goed weergegeven. Overgangen komen volgens recente inzichten niet voor. Het gegeven dat in de praktijk alleen microscopische kenmerken de doorslag geven bij herkenning maakt dat helaas weinig aandacht aan de variëteiten wordt gegeven. Hopelijk wordt dat in de toekomst beter! Van beide variëteiten zijn de laatste jaren enkele malen boomvormig vertakte planten gevonden: komen deze vormen wellicht op meer plaatsen voor?
Van Polytrichum commune komen in ons land twee variëteiten voor: var. commune en var. perigoniale. Het aantal stippen op de verspreidingskaartjes van de twee variëteiten is helaas nog beperkt. Polytrichum commune s.l. verdraagt minder schaduw dan de dubbelganger Polytrichum formosum, maar een 'ecologische determinatie' is sterk af te raden: P. commune var. perigoniale komt vrij algemeen voor in droge, arme bossen en var. commune in broekbossen en ook wel in drogere bossen. Omgekeerd komt P. formosum geregeld voor in heideterreinen. Daar waar beide soorten bij of door elkaar groeien, is P. commune s.l. altijd te herkennen aan de veel smallere blaadjes, vaak met een iets grijsgroene kleur (grasgroen bij P. formosum). Met enige oefening zijn beide soorten in het veld (in vochtige toestand) vrijwel altijd zeker te herkennen. De verschillen tussen beide variëteiten zijn in Siebel & During goed weergegeven. Overgangen komen volgens recente inzichten niet voor. Het gegeven dat in de praktijk alleen microscopische kenmerken de doorslag geven bij herkenning maakt dat helaas weinig aandacht aan de variëteiten wordt gegeven. Hopelijk wordt dat in de toekomst beter! Van beide variëteiten zijn de laatste jaren enkele malen boomvormig vertakte planten gevonden: komen deze vormen wellicht op meer plaatsen voor?
Familie: Polytrichaceae
Groep: Bladmossen
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: algemene soort
Biotoopvoorkeur: Heide en heidebebossing
Substraatvoorkeur: op allerlei bodems
Controle: veldwaarneming