Ecologie & verspreiding
Ecologie
Paraleucobryum longifolium groeit in de ons omringende landen vooral in kussens op steen, vooral granietkeien, en op de stambasis van loofbomen.
Verspreiding
Paraleucobryum longifolium werd in 1999 (!) als nieuw voor Nederland gemeld. Het betrof een in het herbarium van Groningen ontdekte collectie uit de omgeving van Haren (‘Witteveen bij Haren’ volgens het etiket) bij Groningen. De soort is waarschijnlijk verzameld tussen 1852 en 1871 door van Hall. De soort groeide hier vermoedelijk in het bos. Het is de enige bekende vondst uit Nederland. Het boreaal-montane mos komt in de Ardennen nog vrij algemeen voor, maar is zeldzaam in Noordwest-Duitsland en sterk bedreigd in het laagland van Nedersaksen.
Summary
Paralaeucobryum longifolium has been found only once in The Netherlands, in the 19th century, probably in a forest.
Ecologie
Paraleucobryum longifolium groeit in de ons omringende landen vooral in kussens op steen, vooral granietkeien, en op de stambasis van loofbomen.
Verspreiding
Paraleucobryum longifolium werd in 1999 (!) als nieuw voor Nederland gemeld. Het betrof een in het herbarium van Groningen ontdekte collectie uit de omgeving van Haren (‘Witteveen bij Haren’ volgens het etiket) bij Groningen. De soort is waarschijnlijk verzameld tussen 1852 en 1871 door van Hall. De soort groeide hier vermoedelijk in het bos. Het is de enige bekende vondst uit Nederland. Het boreaal-montane mos komt in de Ardennen nog vrij algemeen voor, maar is zeldzaam in Noordwest-Duitsland en sterk bedreigd in het laagland van Nedersaksen.
Summary
Paralaeucobryum longifolium has been found only once in The Netherlands, in the 19th century, probably in a forest.
Familie: Dicranaceae
Groep: Bladmossen
Status: Onbestendig (slechts incidentele kortstondige vindplaatsen; geen aanwijzingen dat soort hier langer dan 10 jaar aaneengesloten in Nederland voorkwam)
Zeldzaamheid: afwezig in Nederland
Substraatvoorkeur: steen en schors