Ecologie & verspreiding
Ptilidium pulcherrimum groeit platgedrukt op de zure schors van bomen, vooral oude berken of eiken, vooral op de zandgronden. Ook in bijv. de Biesbosch en in de Flevopolders is de soort aangetroffen, maar dan vaak op wilgen. Zelden is de soort in grote populaties aanwezig; meestal gaat het maar om een paar vierkante centimeter. Boomfranjemos is pas in 1928 voor het eerst gevonden. De soort vertoonde daarna een snelle toename maar sinds 1980 lijkt er sprake van stabilisatie. Op de Waddeneilanden is de soort nog maar één keer gevonden. Een snelle inspectie van elke oude kromme berk of eik zal af en toe tot nieuwe vondsten leiden. Maar let wel op: niet elke op bomen groeiende Ptilidium is P. pulcherrimum. Ptilidium ciliare is ook als deze op bomen groeit vaak groter en heeft meer afstaande takken dan de aangedrukt groeiende P. pulcherrimum, maar soms kan microscopische controle noodzakelijk zijn.
Ptilidium pulcherrimum groeit platgedrukt op de zure schors van bomen, vooral oude berken of eiken, vooral op de zandgronden. Ook in bijv. de Biesbosch en in de Flevopolders is de soort aangetroffen, maar dan vaak op wilgen. Zelden is de soort in grote populaties aanwezig; meestal gaat het maar om een paar vierkante centimeter. Boomfranjemos is pas in 1928 voor het eerst gevonden. De soort vertoonde daarna een snelle toename maar sinds 1980 lijkt er sprake van stabilisatie. Op de Waddeneilanden is de soort nog maar één keer gevonden. Een snelle inspectie van elke oude kromme berk of eik zal af en toe tot nieuwe vondsten leiden. Maar let wel op: niet elke op bomen groeiende Ptilidium is P. pulcherrimum. Ptilidium ciliare is ook als deze op bomen groeit vaak groter en heeft meer afstaande takken dan de aangedrukt groeiende P. pulcherrimum, maar soms kan microscopische controle noodzakelijk zijn.
Familie: Ptilidiaceae
Groep: Levermossen
Status: Rode Lijst: Bedreigd
Zeldzaamheid: zeldzame soort
Biotoopvoorkeur: Arm bos
Substraatvoorkeur: schors en hout
Controle: veldwaarneming