Ecologie & verspreiding
De kruising tussen de Witte pluimspirea (Spiraea alba) en Douglasspirea (S. douglasii) wordt in de handel wel aangeduid met "Spierstruik" of met "Bastaardspirea". Het is een onvruchtbare kruising die in Noord-Amerika ontstaan is en veel wordt toegepast in Nederlandse tuinen. Hoewel ze geen zaden vormt, kan zij zich vegetatief sterk vermeerderen door middel van snelgroeiende rhizomen. Geregeld belanden delen van planten als tuinafval in de natuur. Dit leidt vaak tot blijvende vestiging. Ze kan verwilderd worden aangetroffen in bosranden, moerassen, natte graslanden en oevers. In Nederland wordt zij sinds eind jaren ’80 verspreid over het land, behalve in de kustprovincies, waargenomen. Sindsdien lijkt de soort toe te nemen. Zoals veel andere Spirea’s, vormt ze dichte struwelen waarbinnen weinig ruimte meer is voor de inheemse flora.
De kruising tussen de Witte pluimspirea (Spiraea alba) en Douglasspirea (S. douglasii) wordt in de handel wel aangeduid met "Spierstruik" of met "Bastaardspirea". Het is een onvruchtbare kruising die in Noord-Amerika ontstaan is en veel wordt toegepast in Nederlandse tuinen. Hoewel ze geen zaden vormt, kan zij zich vegetatief sterk vermeerderen door middel van snelgroeiende rhizomen. Geregeld belanden delen van planten als tuinafval in de natuur. Dit leidt vaak tot blijvende vestiging. Ze kan verwilderd worden aangetroffen in bosranden, moerassen, natte graslanden en oevers. In Nederland wordt zij sinds eind jaren ’80 verspreid over het land, behalve in de kustprovincies, waargenomen. Sindsdien lijkt de soort toe te nemen. Zoals veel andere Spirea’s, vormt ze dichte struwelen waarbinnen weinig ruimte meer is voor de inheemse flora.
Familie: Rosaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Zeldzaamheid: algemene soort
Ecologische groep: voedselrijke zomen