Grijs havikskruid

Pilosella piloselloides


© Peter Meininger

Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - mei - augustus

Hoogte - 0,20-0,80 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels -

Stengels/takken - De grijsgroene stengels zijn meestal weinig behaard. Hoogstens drie  stengelbladen. Met of zonder uitlopers. Hongaars havikskruid: Met uitlopers.

Bladeren - Bladrozetten met vaak talrijke bladen. De bladen zijn smal spatelvormig tot lijnvormig, meestal smaller en spitser dan die van Weidehavikskruid. Hongaars havikskruid: Met wijd uiteenstaande bladen.

Bloemen - Veel bloemhoofdjes in een tuil, soms met één  of enkele lager aftakkende neventuiltjes. De bloemen zijn geel zonder een rode kleur aan de onderkant. Er zijn alleen lintbloemen. Hongaars havikskruid: Met omwindsels met meer klierloze haren dan klierharen.

Vruchten - De zaden zijn bruin. Hongaars havikskruid: De nootjes zijn donker bruinpurper.

Bodem - Zonnige, vaak snel opwarmende, vrij open (pioniervegetaties) tot grazige plaatsen op droge, matig voedselarme tot matig voedselrijke, zwak zure grond (zand, leem en stenige plaatsen).

Groeiplaats - Bermen, grasland, langs spoorwegen (spoordijken en spoorwegterreinen), mijnsteenbergen, afgravingen (leemgroeven en grindgaten), ruigten, bosranden, kapvlakten, heide, tussen straatstenen, industrieterreinen en stortplaatsen.
Familie: Asteraceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: vrij zeldzame soort
Ecologische groep: kalkgraslanden
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website