Ecologie & verspreiding
Deze geelbloeiende schermbloem houdt van een droge zonnige standplaats en groeit bij voorkeur langs wegbermen, rivieroevers, spoordijken en spooremplacementen. De plant is vanuit het zuiden met een opmars bezig. Oorspronkelijk uit Zuid-Europa en Azië is Brandpastinaak in België al langer te vinden. Bermen, oevers en dijken zijn de gemakkelijkste wegen voor verdere verspreiding naar het noorden. Daarom is ze in Zuid-Limburg al meer ingeburgerd - voornamelijk langs de Maas - dan in rest van Nederland. De verspreiding wordt wellicht over het hoofd gezien omdat deze plant veel lijkt op Gewone pastinaak, de andere ondersoort. Brandpastinaak is echter groter en sterker vertakt dan Gewone pastinaak (Pastinaca sativa subsp. sativa) en heeft een vrijwel cilindervormige, niet gegroefde stengel.
Deze geelbloeiende schermbloem houdt van een droge zonnige standplaats en groeit bij voorkeur langs wegbermen, rivieroevers, spoordijken en spooremplacementen. De plant is vanuit het zuiden met een opmars bezig. Oorspronkelijk uit Zuid-Europa en Azië is Brandpastinaak in België al langer te vinden. Bermen, oevers en dijken zijn de gemakkelijkste wegen voor verdere verspreiding naar het noorden. Daarom is ze in Zuid-Limburg al meer ingeburgerd - voornamelijk langs de Maas - dan in rest van Nederland. De verspreiding wordt wellicht over het hoofd gezien omdat deze plant veel lijkt op Gewone pastinaak, de andere ondersoort. Brandpastinaak is echter groter en sterker vertakt dan Gewone pastinaak (Pastinaca sativa subsp. sativa) en heeft een vrijwel cilindervormige, niet gegroefde stengel.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)
Bloeitijd - juli - september
Hoogte - 0,80-1,50 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels - Een penwortel.
Stengels/takken - De sterk vertakte stengel is onderaan minder diep gegroefd en meestal dicht kort grijs behaard, maar later wordt deze kaal.
Bladeren - De plant is maar weinig bebladerd.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). Minder (vijf tot negen), kortere en bijna even lange schermstralen, in vergelijking met Pastinaak.
Vruchten - Een splitvrucht. De eivormige vruchten zijn afgeplat, 5-8 mm groot en met smalle vleugels. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bodem - Zonnige plaatsen op vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke, weinig of niet bemeste, kalkhoudende grond.
Groeiplaats - Waterkanten (rivieroevers), voedselrijke ruigten, stenige terreinen en ruderale plaatsen.
Bloeitijd - juli - september
Hoogte - 0,80-1,50 m.
Geslachtsverdeling - tweeslachtig
Wortels - Een penwortel.
Stengels/takken - De sterk vertakte stengel is onderaan minder diep gegroefd en meestal dicht kort grijs behaard, maar later wordt deze kaal.
Bladeren - De plant is maar weinig bebladerd.
Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). Minder (vijf tot negen), kortere en bijna even lange schermstralen, in vergelijking met Pastinaak.
Vruchten - Een splitvrucht. De eivormige vruchten zijn afgeplat, 5-8 mm groot en met smalle vleugels. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bodem - Zonnige plaatsen op vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke, weinig of niet bemeste, kalkhoudende grond.
Groeiplaats - Waterkanten (rivieroevers), voedselrijke ruigten, stenige terreinen en ruderale plaatsen.
Familie: Apiaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: zeldzame soort
Ecologische groep: voedselrijke ruigten