|
Rattus norvegicus (Berkenhout, 1769)
Bruine rat
|
Ecologie De bruine rat heeft een spitse kop met relatief kleine ogen en dikke, lichtbehaarde oren. De vacht is op de rug geel- tot grijsbruin, de flanken zijn lichter van kleur en de onderzijde is vuilwit tot grijs. De staart is rolrond, dik en altijd korter dan de kop-romplengte. Op de rug steken de dekharen niet zo duidelijk uit de vacht als bij de zwarte rat. De kop-romplengte is tot 30 cm, de staart is maximaal 22 cm, het gewicht maximaal 500 g. De vrouwtjes worden, afhankelijk van de voedingssituatie, na 3-7 maanden geslachtsrijp, maar bij ruim anderhalf jaar neemt de vruchtbaarheid sterk af. In de tussentijd kunnen maximaal 6-8 maal jongen worden geworpen. De meeste jongen worden in het voor- en najaar geboren. De worpgrootte varieert tussen één en 15 jongen, maar ligt meestal tussen vier en acht. Bij voldoende voedsel leven ratten veelal in kolonies van meerdere familiegroepen die elk een eigen gangenstelsel verdedigen. Jonge dieren graven in het gangenstelsel van de ouders voor zichzelf korte, blind eindigende gangen. Vrouwtjes komen doorgaans enkele tientallen meters van het nest, mannetjes honderden meters, afhankelijk van de voedselsituatie. Bij gezenderde dieren werd als maximale nachtelijke verplaatsing een afstand van hemelsbreed 3,3 km geconstateerd.
door Hans Hollander, 2016 |
Literatuur Bauer, K. (2001) Wanderratte Rattus norvegicus (Berkenhout), 1769. In: F. Spitzenberger, Die Säugetierfauna Österreichs. , Grüne Reihe des Bundesministeriums für Land- und Forstwirtschaft, Umwelt und Wasserwirtschaft 13. Austria medien service, Graz
Becker, K. (1978) Rattus norvegicus (Berkenhout, 1769) - Wanderratte. In: J. Niethammer & F. Krapp, Handbuch der Säugetiere Europas. Band 1. Rodentia I (Sciuridae, Castoridae, Gliridae, Muridae).. Akademische Verlagsgesellschaft, Wiesbaden
Becker, K. (1978) Wanderratte - Rattus norvegicus (Berkenhout, 1769). In: J. Niethammer & F. Krapp, Handbuch der Säugetiere Europas. Band 1/I, Rodentia I. Aula Verlag, Wiesbaden
Keijl, G.O. & K. Mostert (2000) Bruine ratten Rattus norvegicus op Vlieland en Terschelling. Lutra 43 (1): 17-18
Macdonald, D.W., F. Mathews & M. Berdoy (1999) The Behaviour and Ecology of Rattus norvegicus: from Opportunism to Kamikaze Tendencies. In: G. Singleton, L. Hinds, H. Leirs & Z. Zhang, Ecologically-based rodent management. Australian Centre for International Agricultural Research, Canberra
Mulder, J. (1996) Bruine rat en veldmuis op Vlieland. Zoogdier 7 (1): 31-33
Taylor, K.D. & R.J. Quy (1978) Long distance movements of a common rat (Rattus norvegicus) revealed by radio-traking. Mammalia 43: 63-71
van Adrichem, M.H.C., J.A. Buijs, J. Verboom & P.W. Goedhart (2013) Factors influencing the density of the brown rat (Rattus norvegicus) in and around houses in Amsterdam. Lutra 56 (2): 77-91
van Blaaderen, H. & A.D. Bode (1989) Resistentie tegen anticogulantia bij de bruine rat in Twente. Rat en Muis 37: 3-31
van Blaaderen, H. & B.T. Bosman (1992) Bruine rat - Rattus norvegicus (Berkenhout, 1769). In: S. Broekhuizen, B. Hoekstra, V. van Laar, C. Smeenk & J.B.M. Thissen, Atlas van de Nederlandse zoogdieren. Stichting Uitgeverij KNNV, Utrecht
van der Lee, T.A.J., M.P.E van Gent, H. Schilder, J.W.H. in Huis ’ Veld & B.G. Meerburg (2013) Onderzoek naar de resistentie van de bruine rat in Nederland - 2012. Wageningen UR
van der Lee, T.A.J., R.A. van Hoof, G. Brouwer & B.G. Meerburg (2011) Ontwikkeling en toepassing van een snelle diagnostische test voor resistentie van de bruine rat tegen rodenticiden. Wageningen UR
VeranderingenIn oorlogstijd nemen de aantallen bruine ratten vaak toe. Dat gebeurde ook in de Tweede Wereldoorlog in Nederland. In het voorjaar van 1944 stelde de Directeur-Generaal van Landbouw de ‘Commissie inzake de bestrijding van ratten en muizen’ in vanwege toenemende schade. Door gecoördineerde bestrijding nam het aantal bruine ratten af en in 1962 werd de commissie opgeheven. Nadien nam het aantal bruine ratten nog verder af, onder meer als gevolg van de renovatie van boerderijen. Op afvalstortplaatsen nam het aantal ratten af door een beter beheer (het verdichten en sneller afdekken van het afval met grond) en snellere sanering. Daarnaast was er een aanzienlijke inspanning van gemeentelijke ongediertebestrijders. |
Atlasblokken met waarnemingen
Het aantal atlasblokken (5x5 km) waarin de soort is gemeld binnen een periode van vijf jaar (vanaf 1980) of twintig jaar.
Niet gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en het aantal doorgegeven waarnemingen kan sterk variëren per periode,
dus een trend in verspreiding kan hier niet direct uit worden afgelezen.
Het opgegeven jaartal is het eerste jaar van de periode. Bron: gevalideerde waarnemingen uit de NDFF.
download hoge resolutie
|