a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
kaart
Antithamnionella spirographidis (Schiffner) E.M.Wollaston, 1968

Gedraaid rooddonswier
algemeen | beleid en bescherming | ecologie & verspreiding | taxonomie

Typering: Roodwier (marien)
Herkenning
Tot enkele cm hoog. Helderrood of bloedrood van kleur. Thallus (plantvorm) niet duidelijk opgedeeld in een kruipend gedeelte en opgaande filamenten, maar de basiscellen van de zijtakken in het gehele thallus kunnen rhizoiden (wortelharen) ontwikkelen en zich hiermee vasthechten. De hoofdas is tot 100 µm breed en bestaat uit cilindrische cellen (of cellen die gezwollen zijn aan de bovenkant) die tot 6 keer zo lang als breed zijn. Op elk segment staan twee (enkele maal drie) zijtakken van beperkte groei. Zijtakken van onbeperkte groei kunnen ook aanwezig zijn, met intervallen van ongeveer 4 segmenten. Deze ontstaan afwisselend links en rechts van de hoofdas. Alle vertakkingen liggen in één vlak (behalve als er drie zijtakken op één segment aanwezig zijn; die liggen in een krans). De zijtakken van beperkte groei zijn onvertakt en zijn meestal niet langer dan 15 cellen (300 µm). De basale cel van de zijtakken is niet anders van vorm of grootte dan de rest van de cellen in de zijtak. Kliercellen zijn frequent aanwezig en zijn geplaatst op de tweede en/of derde cel van de zijtakjes.
Te verwarren met:
Te verwarren met andere kleine, filamenteuze soorten, vooral met andere Antithamnionella-soorten, en soorten uit de geslachten Antithamnion, Callithamnion, Compsothamnion, Pterothamnion en Seirospora. Om onderscheid te kunnen maken, is microscopisch onderzoek noodzakelijk. Compsothamnion, Seirospora en Callithamnion hebben één zijtak per segment, terwijl Antithamnion, Antithamnionella en Pterothamnion twee of meer zijtakken per segment hebben. Bij Antithamnionella-soorten en Pterothamnion plumula zijn kliercellen veel aanwezig zijn, terwijl deze bij Antithamnion vrijwel afwezig zijn. De kliercellen bij Pterothamnion plumula liggen verspreid over het thallus, bij Antithamnionella-soorten liggen deze vaak op de derde of vierde cel van de zijtakjes.
Controle: Microscopische foto
Auteurs: Luna van der Loos
 
foto42420
foto42423
foto42419
foto42421
foto42422