a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
kaart
Antithamnion hubbsii E.Y.Dawson, 1962

Kruipend rooddonswier
algemeen | beleid en bescherming | ecologie & verspreiding | taxonomie

Typering: Roodwier (marien)
Herkenning
Tot enkele cm lang. Thallus (plantvorm) bestaat voornamelijk uit kruipende filamenten (die over het grootste deel van de lengte zijn vastgehecht met rhizoiden/wortelharen) en een aantal opgaande filamenten. De filamenten bestaan uit één rij van cellen (monosifoon) en zijn tot 80 µm breed. Aan de basis zijn de cellen tot 450 µm lang, maar naar de toppen toe worden de cellen steeds kleiner (tot 8 µm breed) en kunnen uiteindelijk korter zijn dan breed. Op elk segment staan twee tegenoverstaande zijtakken van beperkte groei. Deze zijtakken zijn regelmatig geveerd en meestal korter dan 1 mm. De eerste cel van de zijtak is vaak even lang als breed. De volgende 6-8 cellen van de zijtak dragen weer twee tegenoverstaande zijtakjes (elk ongeveer 7 cellen lang, en deze kunnen ook weer vertakt zijn) en de laatste cellen van de zijtak hebben vaak maar vertakkingen aan één kant van het filament (abaxiaal) of zijn onvertakt.
Te verwarren met:
Te verwarren met andere kleine, filamenteuze soorten, vooral met andere Antithamnion-soorten, en soorten uit de geslachten Antithamnionella, Callithamnion, Compsothamnion, Pterothamnion en Seirospora. Om onderscheid te kunnen maken, is microscopisch onderzoek noodzakelijk. Compsothamnion, Seirospora en Callithamnion hebben één zijtak per segment, terwijl Antithamnion, Antithamnionella en Pterothamnion twee of meer zijtakken per segment hebben. Bij Antithamnionella-soorten en Pterothamnion plumula zijn kliercellen veel aanwezig zijn, terwijl deze bij Antithamnion vrijwel afwezig zijn.
Controle: Microscopische foto
Auteurs: Luna van der Loos
 
foto42409
foto42408