a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
kaart
Callionymus reticulatus Valenciennes, 1837

Rasterpitvis
algemeen | ecologie & verspreiding | taxonomie | literatuur (1) | feedback (2)

Familie:Callionymidae
Typering: Mariene vissoort
Auteur: Niels Schrieken / I. van Lente
Herkenning
Slanke vis met opvallend grote vinnen. Tot 12 (vrouwtje) en 7 cm (mannetje). Oranjebruin lichaam met een vuilwitte buik. De rug heeft bruine dwarsbanden met donkerdre randen, de flanken hebben lichtblauwe vlekken. Mannetjes hebben, vooral in de paaitijd, op de vinnen langwerpige, donkeromrande, geelgouden en lichtblauwe iriserende golvende vlekken en kleurbanden. Hier en daar komen ook witte donkere en lichte stippen voor. Vooral op de tweede rugvin, maar ook op de anaalvin en andere vinnen vormen de vlekken een gerasterd streeppatroon. Bij vrouwtjes zijn eveneens schuine strepen waarneembaar, maar deze zijn minder kleurig. De vis zelf is slank met een zijlijn en een grotere, onderaan afgeplatte kop. De snuitlengte is hoogstens anderhalf keer zo lang als de oogdiameter. Er is een kleine uitstulpbare bek. Voorste rugvin klein bij vrouwtjes, langer bij mannetjes, maar veel minder hoog dan bij de Pitvis. Staartvin waaiervormig, buikvinnen vóór de borstvinnen. Kieuwdeksels met drie stevige stekels, die omhoog of naar achteren gericht staan, maar nooit naar de bek toe. Geen kieuwspleet maar een kieuwopening boven in de kop.
Te verwarren met:
Lijkt op de gewone Pitvis Callionymus lyra. Deze wordt veel groter (mannetjes tot circa 30 cm, vrouwtjes tot 20 cm). De snuit van de Pitvis is lange, tot driemaal de lengte van de oogdiameter, die van de Rasterpitvis hoogstens anderhalf keer. Bovendien heeft de Pitvis op het kieuwdeksel 4 stekels, waarvan er een naar de bek toe is gericht
Auteurs: Niels Schrieken / I. van Lente