Ecologie & verspreiding Overblijvende hardbloem is een soort van kalkarme zandgrond, droog neutrale graslanden en groeit langs zandwegen. Deze plant is kenmerkend voor kleinschalig cultuurlandschap. Het is een kensoort van de associatie Schapengras en Tijm. Deze tredplant die bestand is tegen begrazing, is een pionier van zandige oeverwallen op rivierduinen. Als oorspronkelijke inheemse plant was deze vooral te vinden in het oostelijke deel van Nederland en in duinen. Nu resten nog slechts plekken langs de Maas, de Overijsselse Vecht en de IJssel. De soort is zeer sterk achteruitgegaan, vooral verdwenen door de veel hogere bemesting.
CC-BY-SA 3.0 Christine Tamminga, 2014
|
EcologieBodemZonnige, open tot grazige plaatsen (pionier) op droge, voedselarme, zwak zure, kalkarme zandgrond.
GroeiplaatsGrasland (schapenweiden, droog, neutraal grasland, droog, onbemest weiland en laag blijvend grasland), langs de hoge randen van rivierdalen, ruderale plaatsen, langs zandwegen en zeeduinen (binnenduinen).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandZeldzaam op de zandgronden in het oosten en midden en zeer zeldzaam in het rivierengebied en in de duinen van Goeree en Schiermonnikoog.
VlaanderenZeer zeldzaam in het kustgebied, de Zand- en Zandleemstreek en de Kempen. Zeer sterk achteruitgegaan.
WalloniëZeldzaam in het oosten van Lotharingen. Elders zeer zeldzaam.
WereldIn Midden-Europa, maar ook in Engeland. Ze mijdt de meeste randgebieden. Op de Duitse Waddeneilanden is zij vrij algemeen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurKops, J. (1822) Scleranthus perennis - Overblijvende Hard-Bloem
Flora Batava 4: 272-272
Sloff, J.G & J.L. van Soest (1938) Het fluviatiele district in Nederland en zijn flora.
Nederlandsch kruidkundig archief. Serie 3 48: 199-249
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 2:
282Heukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
283Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
519Nederlandse Oecologische Flora 1:
196Wilde Planten 2:
264Wilde-Planten.nl:
paginadeze soort in de Zadenatlas van Nederland Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De stengels staan rechtop. De bloeiende en niet bloeiende stengels zijn roodachtig en aan de voet enigszins verhout. De stengelleden zijn meestal korter dan de bladeren. De palnt vormt plakkaten.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). Groene bloemkluwens met korte schutbladen. De kelkbladen zijn korter dan 3 mm, stomp, groengrijs en met een 0,2 tot 0,3 mm brede vliezige witte rand. Tijdens de bloei staan de kelkslippen wijd uit, daarna trekken ze zich samen. Er zijn geen kroonbladen, wel 10 meeldraden.
Vruchten Een eenzadige dopvrucht of nootje. De vruchten zijn 2 tot 6½ mm. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Atlasblokken met waarnemingen
Het aantal atlasblokken (5x5 km) waarin de soort is gemeld binnen een periode van vijf jaar (vanaf 1980) of twintig jaar.
Niet gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en het aantal doorgegeven waarnemingen kan sterk variëren per periode,
dus een trend in verspreiding kan hier niet direct uit worden afgelezen. Het opgegeven jaartal is het eerste jaar van de
periode. Bron: gevalideerde waarnemingen uit de NDFF.
© FLORON & NDFF
download hoge resolutieFenologie bloeiendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.