a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
algemeen | beleid en bescherming | ecologie & verspreiding | taxonomie | trend

Typering: Mariene mosdiertje
Herkenning
Electra monostachys vormt een stervormige korst. De zoïden zijn vlak, langwerpig, proximaal zijn ze smaller. De frontale verkalking maakt een kwart tot een derde uit van het oppervlak. Deze verkalking is glad en heeft geen poriën. De opesia zijn ovaal tot elliptisch. De operculum heeft een dunne marginale verharding. Het aantal stekels varieert aanzienlijk, Het meest constant is de mediale proximale stekel, die dun is, puntig en gebogen over het frontale membraan. Een paar even tengere maar rechte stekels staan aan het distaal einde van de opesia. Rond het frontale membraan, staan soms 4 tot 6 paar korte, gebogen stekels, maar deze zijn vaak afwezig. Onregelmatige kenozoïden kunnen voorkomen waar buurkolonies of takken van dezelfde kolonies in contact komen. Aan de binnenzijde van schelpen vormen de zoïden vaak een ovaal litteken.
Te verwarren met:
Jonge kolonies van Zeekantwerk Conopeum reticulum lijken soms op Electra monostachys doordat de eerste zoïden in een enkele rij in tegenovergestelde richting van de ancestrula weggroeien en proximaal frontale verkalking hebben. Een goed onderscheidend kenmerk is dat bij Electra monostachys de zoïden een litteken maken in het substraat, wat niet gebeurt bij Conopeum reticulum.
Auteurs: Hans De Blauwe
 
foto52367