EcologieBodemZonnige tot half beschaduwde plaatsen op vochtige tot meestal natte, voedselrijke tot zeer voedselrijke, zwak zure tot kalkrijke grond. De plant verdraagt enig zout (alle grondsoorten).
GroeiplaatsOmgewerkte grond, waterkanten (greppels, beken, rivieren, kanalen, sloten, oeverwallen en kribben), bronnen, ruigten (natte ruigten), moerasen (verruigd rietmoeras en zeggenmoerasssen), afgravingen, braakliggende grond, langs spoorwegen (spoorbermen), kanaalbermen, plantsoenen, zeeduinen (struwelen in duinvalleien en langs infiltratiekanalen in duinwaterwingebieden), bosranden (langs essen- en elzenbosjes), pas drooggevallen grond in voormalige zeearmen, ruderale plaatsen en moestuinen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandAlgemeen.
VlaanderenAlgemeen.
WalloniëAlgemeen, maar vrij zeldzaam in de Ardennen.
WereldGematigde en warmere streken in Europa, Azië en Afrika. Ingevoerd in Noord-Amerika.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurKops, J. & J.E. van der Trappen (1849) Epilobium hirsutum - Ruige Basterdwederik
Flora Batava 10: 773-773
Savelsbergh, E. (1981) Detailzeichnungen von zehn heimischen
Epilobium-Arten.
Göttinger Floristische Rundbriefe 15: 24-30
Sloff, J.G & J.L. van Soest (1938) Het fluviatiele district in Nederland en zijn flora.
Nederlandsch kruidkundig archief. Serie 3 48: 199-249
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De ronde, rechtopstaande stengels zijn bedekt met vele lange afstaande haren. De stengels hebben geen lijsten en zijn rijk vertakt.
Bladeren De rozetbladen zijn eerst kaal en glanzend. De latere bladeren zijn behaard en langwerpig. Ze zijn 6-12 cm lang en staan tegenover elkaar. Ze hebben een onregelmatig gezaagde rand en gekromde tanden. De voet van de bladeren is half stengelomvattend en loopt iets langs de stengel af.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloemen groeien in een bebladerde, soms vertakte tros. Ze zijn paarsrood en 2-3 cm. Ze hebben vier in een kruis staande stempellobben en een haarkrans rondom de stijl.
Vruchten Een doosvrucht. De zaaddoos lijkt op een hauw. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.