|
Plantago coronopus L.
Hertshoornweegbree
|
Ecologie & verspreiding Hertshoornweegbree groeit op zonnige, open, vochtige tot soms droge, matig voedselarme tot voedselrijke, meestal zilte en verdichte, vaak kalkhoudende grond in het kustgebied, op groene stranden, hoge schorren en kwelders, zeedijken, in droog grasland en op betreden plaatsen. Zij komt algemeen voor in getijdengebieden en vrij algemeen in de duingebieden en het Deltagebied. Daarnaast komt de plant in het binnenland plaatselijk algemeen voor langs gepekelde wegen. De plant verdraagt veel zout en doet het goed op bodems die afwisselend met water verzadigd zijn en uitdrogen. Hertshoornweegbree verdraagt betreding met mate. Hertshoornweegbree is kensoort van de Zeevetmuur-klasse, die de pionierplantengemeenschappen omvat die voorkomen op de grens van zout/nat en zoet/droog in het kustgebied. Langs een deel van de rand van de voormalige brakke Zuiderzee is Hertshoornweegbree wel verdwenen als gevolg van de verzoeting van het huidige IJsselmeer/Markermeer (voorheen Zuiderzee). De afgelopen decennia nam de plant daarentegen in het binnenland toe langs gepekelde wegen.
CC-BY-SA 3.0Â Niko Buiten, 2017
| EcologieBodemZonnige, open plaatsen (pioniervegetatie) op vochtige tot soms droge, matig voedselarme tot voedselrijke, meestal zilte en verdichte, vaak kalkhoudende grond (zand en stenige plaatsen). GroeiplaatsGroene stranden, hoge kwelders (schorren), grasland (droog grasland en mestplekken), betreden plaatsen, gepekelde bermen, tussen straatstenen, konijnenkrabplaatsen, veepaadjes, mierenbulten, voegen van zeedijken, zeeduinen (langs duinpaden en duinvalleien) en waterkanten (langs kreken en brakke, steile slootkanten).
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen in het kustgebied en in Zeeland. Elders zeldzaam. Niet in Zuid-Limburg. VlaanderenAlgemeen in de duinen. Elders vrij zeldzaam. WalloniëZeldzaam. WereldWest-Europa, rondom de Middellandse Zee en in Zuidwest-Azië. Ingeburgerd in Amerika en Australië.
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurGarjeanne, A.J.M. (1951) Plantago. De Levende Natuur 54: 151-159 Jansen, S. (2019) Een zilte kus van de Noordzee. De verspreiding van hertshoornweegbree in Roerdalen. Jaarboek Roerstreek 51: 175-185 Kimstra-Sinnema, J.G. (1965) Overzicht der in Nederland gevonden inheemse en adventieve Plantago-soorten. Gorteria 2: 129-135 Kops, J. & J.E. van der Trappen (1846) Plantago coronopus - Hertshoorn Weegbree Flora Batava 9: 656-656 Londo, G. (1978) Over het gedrag in ruimte en tijd van Taraxacum en Plantago. Gorteria 9: 174-178 Stolwijk, P.F. (1998) Hertshoornweegbree ( Plantago coronopus L.) in Twente. Nieuwsbrief FLORON-FWT 19: 9-10 Venema, P. (2008) Hertshoornweegbree ( Plantago coronopus) verovert Drenthe. Nieuwsbrief Werkgroep Florakartering Drenthe 44: 4-7 TaxonomieRijk: | Plantae | Stam: | Tracheophyta | Klasse: | Spermatopsida | Orde: | Lamiales | Familie: | Plantaginaceae | Plantago coronopus L. (1753) | Nederlands: | Hertshoornweegbree | Engels: | Buck's-horn Plantain | Duits: | Krähenfusswegerich | Etymologiebron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra | De Nederlandse naam Weegbree komt al in het Oud-Saksisch voor als wegbreda, samengesteld uit weg enbreed, dus een plant die breed op de weg groeit. Plantago komt van het Latijnse Planta pedis en betekent voetzool.Coronopus betekent kraaienpoot.
| Bron: Standaardlijst 2003 | Bron Nederlandse naam: Standaardlijst 2003 | Â | Zoeken in GBIF | Zoeken in Google Scholar |
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De stengels zijn vrij kaal tot vrij sterk behaard. De aarstelen zijn rond en staan meestal wijd boogvormig uit. Bladeren De bladeren staan recht opzij tot schuin omhoog. Ze zijn lijnvormig en met één duidelijke nerf, maar de grote bladeren hebben een veervormige nervatuur. Vaak hebben ze langwerpige, naar de voet versmalde zijslippen, die zelf weer zeer kleine aanhangseltjes kunnen heben. Ze zijn dan veerspletig. De schutblaadjes zijn eirond en aan de top priemvormig samengetrokken. Dit is een verschil met de andere soorten weegbree. Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De aren knikken voor de bloei. Ze zijn zelden langer dan een ½ dm. Van de vier kelkslippen zijn de bovenste twee gekield. Ze hebben op de kiel een vliezig, gewimperd vleugelrandje. De bloemen zijn 3 mm. Ze hebben een behaarde buis en bleek strokleurige, doorzichtige slippen. De meeldraden zijn dof lichtgeel. Vruchten Een doosvrucht. De vruchten zijn eivormig en bevatten hoogstens vijf zaden. De zaden zijn langlevend (langer dan vijf jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode. © NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.
|