EcologieBodemZonnige tot meestal licht beschaduwde, vrij open plaatsen op vochtige tot natte, matig voedselarme tot voedselrijke, weinig of niet bemeste, zwak zure grond (zand en veen).
GroeiplaatsWaterkanten (voedselrijke oevers, weilandbeekjes, slootkanten, zandstrandjes langs bosbeken en vijvers), bossen (lichte loofbossen en moerasbossen), drassige kapvlakten, moerassen (laagveenmoeras) en zeeduinen (duinvalleien).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij zeldzaam, maar plaatselijk zeer zeldzaam, o.a. in Zeeland.
VlaanderenVrij zeldzaam in de Kempen, de Leemstreek en de Maasvallei. Elders zeldzaam tot zeer zeldzaam. De soort ontbreekt vrijwel in West-Vlaanderen.
WalloniëVrij zeldzaam in de Ardennen. Elders zeldzaam tot zeer zeldzaam.
WereldEuropa, behalve in het noordoosten. Ook in Noordwest-Afrika.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurHoste, I. (2022) Hoe donkergroen of obscuur is
Epilobium obscurum?
Dunortiera 120: 3-8
Savelsbergh, E. (1981) Detailzeichnungen von zehn heimischen
Epilobium-Arten.
Göttinger Floristische Rundbriefe 15: 24-30
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 3:
65Heukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
332Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
451Nederlandse Oecologische Flora 2:
233Wilde Planten 3:
248Wilde-Planten.nl:
paginaAfbeelding in de Zadenatlas (Digital Plant Atlas) Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels Ronde, zwak behaarde stengels met twee tot vier smalle lijsten. Het kenmerk van de gemakkelijk samendrukbare stengel is niet goed bruikbaar.
Bladeren De bladeren staan tegenover elkaar, maar de bovenste staan verspreid. Ze zijn eirond tot meestal langwerpig, dun en teer. Aan de rand zijn ze verwijderd getand. Ze hebben een wigvormige voet en vrijwel geen steel.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De uitgerande kroonbladen zijn paarsroze. Kelkbladen met afstaande klierharen. De bloemen worden 4-7 mm. De stempel is knotsvormig. De bloemknoppen zijn stomp.
Vruchten De doosvrucht is 4-6 cm, met enkele klierharen (ook op de basis van de kelk (hypanthium)). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.