|
Myosurus minimus L.
Muizenstaart
|
Ecologie & verspreiding Muizenstaart (Myosurus minimus) is een soort van vochtige tot natte grond op klei. Omstreeks 1970 werd gedacht dat de soort erg zeldzaam was, maar later bleek door goed zoeken in het vroege voorjaar dat de soort nog volop aanwezig was op de typische groeiplaats van deze soort: veel betreden plekken in weidepercelen op kleibodem. Soms worden op geschikt geachte plekken slechts enkele exemplaren gevonden, dan weer staan er honderden. Na de bloei blijven de verlengde bloembodems (met staarten tot wel 5 centimeter) op droge plekken soms nog lang zichtbaar. De gaten in het verspreidingsbeeld langs het IJsselmeer en in het rivierengebied zouden bij gericht zoeken grotendeels gevuld kunnen worden.
CC-BY-SA 3.0Ā Egbert de Boer, 2014
| EcologieBodemZonnige, open plaatsen (pionier) op vochtige tot natte, in het voorjaar en zomer oppervlakkig uitdrogende, matig voedselarme tot voedselrijke, vrij kalkarme, meestal ook vrij zware grond. Het meest op zandige klei, maar ook op klei, leem, lemig zand, grind of soms venige grond. GroeiplaatsGrasland (tredplaatsen bij de ingang van weiland), braakliggende grond, op vochtige paden, akkers (roggeakkers en stoppelvelden van maisakkers), op aanspoelsel aan de zeekust, omgewerkte grond (langs heggen en plantsoentjes), boomkwekerijen en bij steenfabrieken.
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandPlaatselijk vrij algemeen in het noordelijk zeekleigebied en in laagveengebieden, voornamelijk in FryslĆ¢n en langs het IJsselmeer en zeldzaam in het rivierengebied, op Walcheren en op de zandgronden in Noordoost-Nederland. Elders zeer zeldzaam. VlaanderenVrij zeldzaam. WalloniĆ«Zeer zeldzaam. WereldIn Europa, behalve in enige randgebieden. Oostelijk tot in Centraal-SiberiĆ«. Ook in Noordwest-Afrika en in de gematigde delen van Noord-Amerika. Ingeburgerd in AustraliĆ« en Zuid-Afrika.
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurDijkhuis, E. & W. van der Slikke (2011) Muizenstaartjes vangen. Natuurbericht 17436: 1-1 Hoekstra, O. & D.T.E. van der Ploeg (1977) Nog eens Muizestaart. De Levende Natuur 80: 145-146 Kops, J. (1800) Myosurus minimus - Gras Muizen-Staart Flora Batava 1: 73-73 Meerts, P. (1982) Myosurus minimus L. dans la rƩgion de Flobecq. Dumortiera 23: 31-31 Simons, E.L.A.N. (2013) Muizenstaartjes in de Betuwe. Natuurbericht 2013: - van Dijk, G. (1972) Muizestaart ( Myosurus minimus), plant van tredplaatsen. De Levende Natuur 75: 145-148 van Ooststroom, S.J. (1970) Een abnormale Myosurus (Korte meded.). Gorteria 5: 36-36 Weeda, E.J., A.C.J. Dijkstra & W.P. ten Klooster (1984) Voorkomen en standplaats van de muizestaart ( Myosurus minimus L.), in het bijzonder in Noordoost-Nederland. Natura 81: 95-99 Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 2: 216Flora Batava 01: plaatHeukels' Flora van Nederland, 23e ed.: 260Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.: 319Nederlandse Oecologische Flora 1: 253Wilde Planten 2: 273Wilde-Planten.nl: paginaAfbeelding in de Zadenatlas (Digital Plant Atlas) Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De bloemstelen zijn meestal iets langer dan de bladeren. De plant groeit in polletjes. Bladeren De bladeren groeien in een wortelrozet. Ze zijn 2 tot 6 cm lang, lijnvormig, hebben een gave rand en zijn iets vlezig. Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De alleenstaande, licht groengele, 4 tot 5 mm grote bloemen groeien aan een lange stee. Elke bloem heeft 5 lijnvormige, rechtopstaande kroonbladen en 5 of soms 7 kelkblade, die lijkend op kroonbladen. Deze zijn eerst omhoog gebogen, maar later teruggeslagen. Van binnen zijn ze groenwit. Ze bevatten 5 tot 10 meeldraden en ongeveer 100 stampers. Aan de voet zie je een draaddunne witte spoor, die tegen de bloemsteel aanligt. Vruchten Een eenzadige dopvrucht of nootje. Een tot tot 7 cm lang vruchthoofdje met veel vruchtjes. Iin omtrek is het rond, compact en lijkt op een muizenstaart. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode. Ā© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.
|