EcologieBodemZonnige tot licht beschaduwde plaatsen op vochtige, matig voedselrijke, humeuze, zwak zure tot meestal kalkhoudende grond (mergel, leem löss, lichte klei en zandige rivierklei).
GroeiplaatsBossen (lichte plekken in loofbossen en langs boswegen), bosranden, struwelen, houtwallen, heggen, kapvlakten, langs spoorwegen (spoorbermen), zeeduinen en kalkhellingen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen in Zuid-Limburg, vrij zeldzaam in het rivierengebied en in het oosten en midden van het land en zeldzaam in Zeeland en in de Hollandse duinen.
VlaanderenAlgemeen in de Maasvallei en de Leemstreek. Elders vrij algemeen, maar zeldzaam in de Kempen en het kustgebied.
WalloniëAlgemeen in Brabant, het Maasdistrict en Lotharingen. Zeldzaam in de Ardennen.
WereldIn Europa, noordelijk tot 55° N.Br.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurGerstberger, P. (1981) Zum Artenpaar
Cornus mas L. /
Cornus sanguinea L.
Göttinger Floristische Rundbriefe 15: 30-32
Kops, J. (1807) Cornus sanguinea - Roode Kornoelje
Flora Batava 2: 132-132
van Ooststroom, S.J. & T.J. Reichgelt (1961)
Cornus sanguinea L. in Zeeland (Korte meded.).
Gorteria 1: 15-16
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 3:
178Flora Batava 02:
plaatHeukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
450Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
553Nederlandse Oecologische Flora 2:
238Wilde Planten 3:
276Wilde-Planten.nl:
paginaAfbeelding in de Zadenatlas (Digital Plant Atlas) Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De takken zijn 's winters rood gekleurd. De jonge takken zijn het hele jaar rood. Ze staan bijna rechtop.
Bladeren De tegenoverstaande bladeren zijn behaard, aan beide kanten zijn ze groen, verder hebben ze een korte steel, zijn ze eirond en spits. Ze hebben een gave rand, worden 5 tot 8 cm lang en hebben 3 tot 5 paar nerven.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloeiwijze is schermvormig en zit aan korte zijtakjes. De bloemen zijn vuilwit en 0,8 tot 1 cm groot. De 4 kroonbladen vallen spoedig af. Er is geen omwindsel.
Vruchten Een steenvrucht. De bessen zijn blauwzwart, bolvormig en 6 tot 8 mm groot. De zaden zijn zeer kortlevend (< 1 jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.