Ecologie & verspreiding Spoorbloem staat het liefst op droge, kalkrijke verweerde muren, sluis-, gracht- en kademuren, in voegen van trottoirs en op andere stenige plaatsen in steden. Spoorbloem is afkomstig uit Zuid-Europa en al lang als sierplant in cultuur. Spoorbloem is een fraaie, decoratieve muurplant met blauwgroen berijpte bladeren en rode, soms witte bloemen. In Nederland staat Spoorbloem veel in tuinen, waaruit ze gemakkelijk verwildert. De soort burgert momenteel in, onder andere in Haarlem, Leiden en Middelburg. Spoorbloem wordt vooral in de Randstad regelmatig als muur- en gevelplant gevonden, maar groeit bijvoorbeeld ook langs spoorwegen. Zij kan goed tegen hitte. Van nature komt de soort voor in bergachtige gebieden. Daardoor is zij goed aangepast aan het bestaan in het stedelijk gebied. Bovendien profiteert zij van klimaatverandering.
CC-BY-SA 3.0 Niko Buiten, 2022
|
EcologieBodemZonnige plaatsen op steenachtige grond.
GroeiplaatsRotsspleten, rotswanden, oude muren, waterkanten (kademuren) en andere steenachtige plaatsen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandZeldzaam verwilderd en mogelijk ingeburgerd tussen Leiden, Haarlem en in Middelburg.
VlaanderenOp een aantal plaatsen ingeburgerd.
WalloniëAl sinds lang ingeburgerd in de Maasvallei (vrij zeldzaam). Elders zeldzamer.
WereldOorspronkelijk uit Zuidwest-Azië, het Middellandse Zeegebied (Noord-Afrika en Zuid-Europa), noordelijk tot in de zuidelijke Alpen. Plaatselijk ingeburgerd in West-Europa.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuur(Anoniem) (2006) Verder opmars van Spoorbloem in Amsterdam.
FLORON-nieuws 4: 5-5
Dodonaeus (1624)
Van de Roode Valeriaene. In: Herbarius oft Cruydt-Boeck. Het derde Deel. Het elffte Boeck. Het XXVI Capitel, pagina 568. Plantijnsche Druckerije van Balthasar Moretus, Antwerpen MDCXLIV
Huisman, W. (2021) Tuinieren voor vlinders: Spoorbloem voor dag-, maar vooral nachtvlinders.
Vlinders 36(4): 24-25
Mennema, J. & S.J. van Oostsroom (1979) Nieuwe vondsten van zeldzame planten in Nederland, hoofdzakelijk in 1978.
Gorteria 9(11/12): 347-364
Mennema, J. & S.J. van Ooststroom (1979) Nieuwe vondsten van zeldzame planten in Nederland, hoofdzakelijk in 1977.
Gorteria 9(6): 208-227
van Ooststroom, S.J. (1970) Aanwinsten voor de Nederlandse adventief-flora, 10.
Gorteria 5: 1-9
Weberling, F. (1981) 118. Valerianaceae.
Flora Neerlandica : 62-79
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De rechtopstaande stengels zijn vertakt, blauwgroen en kaal. De plant groeit in pollen.
Bladeren De tegenoverstaande, blauwgroene bladeren zijn kaal, vaak met een waslaagje, soms iets vlezig, lancetvormig tot eirond en 3 tot 8 cm lang. Ze hebben een gave rand of soms met enkele stompe tanden. De bovenste, zittende bladeren zijn aan de voet zwak getand en stengelomvattend met een hartvormige voet.
Bloemen De geurende bloemen vormen samen een schermvormige pluimen. Ze zijn rozerood of zelden wit, buisvormig, 2-lippig, 0,8 tot 1,2 cm lang en met een dunne spoor van 0,4 tot 0,75 cm. Elke bloem bevat 1 meeldraad.
Vruchten Een nootje met 1 zaadje en een blijvende veervormige kelk.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Atlasblokken met waarnemingen
Het aantal atlasblokken (5x5 km) waarin de soort is gemeld binnen een periode van vijf jaar (vanaf 1980) of twintig jaar.
Niet gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en het aantal doorgegeven waarnemingen kan sterk variëren per periode,
dus een trend in verspreiding kan hier niet direct uit worden afgelezen. Het opgegeven jaartal is het eerste jaar van de
periode. Bron: gevalideerde waarnemingen uit de NDFF.
© FLORON & NDFF
download hoge resolutieFenologie bloeiend
Bron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.