EcologieBodemZonnige plaatsen op matig voedselarme tot voedselrijke, vaak kalkhoudende grond. De struik verdraagt zout (zand en stenige grond).
GroeiplaatsZeeduinen, heggen, struwelen, bosranden, perken, bermen (langs autowegen en langs kanalen), stuifdijken en waterkanten (aan de basalten voet van IJsselmeerdijken).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen. Het meest in het kustgebied. Ingeburgerd tussen 1925 en 1949.
VlaanderenVrij zeldzaam, maar vrij algemeen in de duinen.
WalloniëVrij zeldzaam.
WereldOorspronkelijk uit Oost-Azië. Ingeburgerd in Europa en Noord-Amerika.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurBakker, P.A., N.C.M. Maes & J.D. Kruijer (2011) De wilde rozen (
Rosa L.) van Nederland.
Gorteria 35: 1-173
Bomble, F.W. (2009) Die Bedeutung
Rosa tomentella ähnlicher Blattoberseiten in der Taxonomie von
Rosa sect. Caninae subsect. Caninae.
Floristische Rundbriefe 43: 65-79
Christenhusz, M.J.M. & G.A. van Uffelen (2001) Verwilderde Japanse planten in Nederland, ingevoerd door Von Siebold.
Gorteria 27: 97-108
Foerster, E. & W. Schnedler (1977) Schlüssel zum Bestimmen det mitteleuropäische Wildrosenarten.
Göttinger Floristische Rundbriefe 11 Beibl. 6: 1-1
Loos, G.H. (2003) Ein notwendiger Paradigmenwechsel in der Taxonomie der Wildrosen.
Floristische Rundbriefe 36: 97-107
Maes, N.C.M. (2013)
Inheemse bomen en struiken in Nederland en Vlaanderen-Herkenning, verspreiding, geschiedenis en gebruik. Boom
Müller, R. (1990) Die Wildrosen im Landkreis Harburg, Niedersachsen.
Floristische Rundbriefe 24: 114-117
Siebel, H.N. (2020)
Praktijkadvies Rimpelroos. VBNE [Advies voor de bestrijding van invasieve exoten]
Woch, M.W., P. Kapusta, M. Stanek, K. Możdżeń, I.M. Grześ, E. Rożej-Pabijan & A.M. Stefanowicz (2023) Effects of invasive
Rosa rugosa on Baltic coastal dune communities depend on dune age.
Neobiota 82: 163-187
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De takken zijn viltig, met dunne, rechte, dicht opeenstaande stekels van ongelijke lengte.
Bladeren De bladeren zijn 5- tot 9-tallig. De deelblaadjes zijn rondachtig, van onderen dicht behaard, enkel gezaagd en de nerven zijn vrij diep ingekerfd.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloemen zijn 4 tot 7 cm in doorsnee. De kroonbladen zijn diep paarsrood of wit. Aan de bloemstelen zitten steelblaadjes.
Vruchten Een vlezige schijnvrucht. De grote, hangende bottels zijn iets afgeplat, oranjerood en met een kroontje van blijvende, opgerichte kelkbladen. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.