|
Carex distans L.
Zilte zegge
|
Ecologie & verspreiding Zilte zegge is vooral te vinden in de kustprovincies en in mindere mate ook langs de voormalige Zuiderzee, het huidige IJsselmeer. Ze prefereert open, lage vegetaties, vooral onder invloed van zeewater. Toch komt ze ook hier en daar in het binnenland voor. Vaak is er dan sprake van kwelinvloeden. Ook in Zwitserland b.v., een land zonder zee, komt de soort in kwelrijke zones voor. Zilte zegge komt in ons land vaak samen voor met Kwelderzegge. Dat heeft eens geresulteerd in de hybride van beide soorten, op Texel, in 1985, C. x tornabenei, daar gevonden door C. Bruin. Het ging destijds slechts om één plant, die ondertussen verdwenen is. Toch is het uitkijken geblazen naar deze hybride, waar beide soorten samen voorkomen. Zilte zegge groeit net als Kwelderzegge in vrij dichte pollen, maar de bloeiwijze is veel langer door de ver van elkaar verwijderde vrouwelijke aartjes, vandaar ook de wetenschappelijke naam C. distans.
CC-BY-SA 3.0 Jacob Koopman, 2014
| EcologieBodemZonnige, open tot grazige plaatsen op vochtige tot natte, brakke tot zilte, kalkhoudende tot kalkrijke grond. Vaak in overgangszones (zoet-zout, klei-zand, nat-droog). Soms in zoet milieu, met name elders in Europa (slibhoudend zand, zavel en klei). GroeiplaatsZeeduinen (duinvalleien, strandvlakten, in de overgangszone tussen duinvoet en strandvlakte en aan de voet van lage zandheuveltjes op strandvlakten), kwelders of schorren (hoge kwelders en langs recent bedijkte zeearmen op ontziltende voormalige kwelders), grasland (brak en zilt grasland) waterkanten (langs brakke kreken), moerassen (zeggemoerassen en veenmoerassen), bossen (langs bospaden in hellingbossen) en afgravingen (verlaten kleigroeven).
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen in Zeeland en in de duinen van de Waddeneilanden, zeldzaam in laagveengebieden, in het noordelijk zeekleigebied en langs het IJselmeer (met name in Zuidwest-Fryslân) en zeer zeldzaam in de Hollandse duinen, het rivierengebied en in Flevoland. VlaanderenZeldzaam in het kustgebied en zeer zeldzaam in de Zandleemstreek. Sterk achteruitgegaan. WalloniëUitgestorven of misschien nog zeer zeldzaam in het Maasdistrict. WereldIn Zuidwest-Azië, Noord-Afrika, op Madeira en de Azoren en in Europa. Noordelijk tot Zuid-Scandinavië. In het noorden van het verspreidingsgebied is zij beperkt tot de kuststreken.
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurCorporaal, A. & C.W.J. Bruin (1988) Carex distans L. x C. extensa Good. nieuw voor Nederland. Gorteria 14: 141-145 Eisele, W. & E. Zähringer (1998) Vorläufiger Schlüssel zur Bestimmung der Seggen ( Carex spec.) Baden-Württembergs nach vegetativen Merkmale. Floristische Rundbriefe Beiheft 5: 1-26 Hartsen, F.A. (1865) Carex distans Flora Batava 12: 940-940 Kern, J.H. & T.J. Reichgelt (1954) Carex L., 1753. Flora Neerlandica : 7-133 Laquiere, J. & C. Ampe (2008) Verrassende plagresultaten in de Meetkerkse Moeren. Dumortiera 93: 1-14 Rich, T.C.G. & A.C. Jermy (1998) Plant Crib - Carex. Botanical Society of the British Isles van der Reest, P.J. (1985) Het Rammegors, de vegetatie van een schorrengebied na de bedijking. Gorteria 12: 217-224 TaxonomieRijk: | Plantae | Stam: | Tracheophyta | Klasse: | Spermatopsida | Orde: | Poales | Familie: | Cyperaceae | Carex distans L. (1759) | Nederlands: | Zilte zegge | Engels: | Distant Sedge | Duits: | Langgliedrige Segge | Etymologiebron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra | Zegge stamt uit het Indogermaanse woord seq (snijden). Carex is zeer waarschijnlijk afgeleid van het Latijnse ceiro (ik snij), een verwijzing naar de scherpe kanten van de bladeren. Distansbetekent "uiteenstaand".
| Bron: Standaardlijst 2003 | Bron Nederlandse naam: Standaardlijst 2003 | | Zoeken in GBIF | Zoeken in Google Scholar |
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De dunne stengels zijn stomp driekantig. De onderste scheden vezelen en zijn oranjebruin tot donkerbruin en soms rood gevlekt. Zilte zegge vormt compacte, veelstengelige pollen. Bladeren De enigszins geelgroene bladeren zijn 3 tot 5 mm breed. De bladscheden zijn 1 tot 2 cm lang. Bloemen Eenslachtig (een bloem met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke geslachtsorganen). Eenhuizig (mannelijke en vrouwelijke bloemen op dezelfde plant). De bloeiwijze bestaat uit een mannelijke topaar die 2 tot 4 mm breed is, soms met een tweede, kleinere mannelijke aar aan de voet en 2 of 4 ver uit elkaar staande vrouwelijke aren die 5 tot 8 mm breed zijn. De bloemen hebben 3 stempels. De schutbladen zijn korter dan de bloeiwijze. Ze vormen een lange schede. De vrouwelijke aren staan rechtop of de onderste hangt later over. Vruchten Een eenzadige dopvrucht of nootje. De bruine kafjes hebben een groene kiel en een smal vliezig randje. De urntjes zijn geelgroen, eivormig, bruin gespikkeld, generfd en 4 tot 5 mm lang. Verder zijn ze toegespitst in een snavel met een V-vormige topinsnijding en dragen ze enige stekeltjes. De zaden zijn langlevend (> 5 jaar). Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode. © NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.
|