EcologieBodemZonnige, open plaatsen op natte, matig voedselrijke tot voedselrijke, 's zomers droogvallende, neutrale tot zwak zure, meestal kalkarme en vaak verstoorde grond (zand, leem, zavel, veen, klei en stenige plaatsen). Niet in brak water.
GroeiplaatsGrasland (moerassig grasland en hooiland), zeeduinen (duinvalleien), waterkanten (rietkragen, beekoevers, langs vijvers, greppels, sloten, rivieren, kanalen, vennen en langs plassen van afgravingen, met name zand- en kleiafgroeven), overstroomde delen van uiterwaarden en moerassen (trilveenmoeras).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen, maar vrij zeldzaam tot zeldzaam in zeekleigebieden, op de hogere zandgronden en in Zuid-Limburg.
VlaanderenVrij algemeen, maar vrij zeldzaam in de Leemstreek en zeldzaam in de Maasvallei.
WalloniëVrij zeldzaam.
WereldIn West-, Midden- en Oost-Europa en in Azië. In Noord-Amerika groeit een andere ondersoort.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurBerg, C.C. & R.C. Kaastra (1973)
Myosotis palustris en
M. laxa in Nederland.
Gorteria 6: 141-150
Kops, J. & H.C. van Hall (1844) Myosotis caespitosa - Veenachtig Muizenoor
Flora Batava 8: 566-566
Loos, G.H. (1994) Bestimmungsschlüssel für die Gruppe des Sumpf-Vergissmeinnichts (
Myosotis ser.
palustres M. Popov) in Nordwestdeutschland.
Floristische Rundbriefe 28: 1-5
van Ooststroom, S.J. (1961) 98. Boraginaceae.
Flora Neerlandica : 92-140
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 3:
108Flora Batava 08:
plaatHeukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
469Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
588Nederlandse Oecologische Flora 3:
133Wilde Planten 2:
209Wilde-Planten.nl:
paginaAfbeelding in de Zadenatlas (Digital Plant Atlas) Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De rechtopstaande stengels zijn vanaf de voet vertakt. Ze zijn rond, iets behaard en staan niet af.
Bladeren De langwerpige bladeren zijn stomp.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De helderblauwe bloemen zijn 2 tot 5 mm groot. De kroonbladen zijn niet uitgerand en de zoom is vlak. De kelk wordt in vrucht tot 5 mm lang, is lang gesteeld en draagt alleen rechte haren. De stijl van de net uitgebloeide bloemen is korter dan de kelkbuis. Na de bloei staat de bloemsteel af of kromt zich naar beneden.
Vruchten Een splitvrucht. De kelk is klokvormig, tot op of over de helft ingesneden en heeft driehoekig-langwerpige slippen. De nootjes zijn donkerbruin. De zaden zijn kortlevend (1-5 jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.