|
Rubus sect. Rubus
Zwarte braam
|
EcologieBodemZonnige tot licht beschaduwde plaatsen op droge tot vrij natte, voedselarme tot voedselrijke, zure tot zwak zure grond (vrijwel alle grondsoorten). GroeiplaatsBossen (loofbossen), bosranden, heggen, kapvlakten, stormvlakten, ruigten, heide, zeeduinen (duinvalleien), afgravingen (zandgroeven), bermen, langs spoorwegen (spoordijken), moerassen (oud veenmosrietland en enigszins uitdrogende moerasbosjes), omgewerkte grond, ruderale plaatsen en landscheidingskaden.
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandZeer algemeen, maar iets minder algemeen in Noord- en Zuid-Holland, de Betuwe en de kleigebieden van Fryslân en Groningen. VlaanderenZeer algemeen. WalloniëAlgemeen. WereldZeer waarschijnlijk in alle werelddelen.
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurBeijerinck, W. & A.J. ter Pelkwijk (1950) De voornaamste bramen in het Drentse district. De Levende Natuur 53: 167-172 Beijerinck, W. & A.J. ter Pelkwijk (1950) De voornaamste bramen in het Drentse district. II. De Levende Natuur 53: 191-196 Beijerinck, W. & A.J. ter Pelkwijk (1950) De voornaamste bramen in het Drentse district. III. De Levende Natuur 53: 211-216 Beijerinck, W. & A.J. ter Pelkwijk (1952) Nieuwe Bramen uit het Drentse district. De Levende Natuur 55: 89-96 Loos, G.H. (1998) Die Brombeeren ( Rubus L. subgenus Rubus) der Umgebung der Ruhr-Universität Bochum. Floristische Rundbriefe 32: 32-43 Loos, G.H. (2005) Zur Arealstufenklassifikation bei Rubus L. subgen. Rubus (Rosaceae). Floristische Rundbriefe 39: 77-86 Loos, G.H. (2006) Taxonomische Revision einiger einander nahestehender Brombeersippen ( Rubus L. subgen. Rubus, Rosaceae). Floristische Rundbriefe 40: 131-143 Lütjeharms, W.J. & A. de Wever (1934) Rubus plicatus var. Flora Batava 28: 2201-2201 Matzke-Hajek, G. (1995) Bemerkenswerte Erstfunde von Brombeeren ( Rubus L., Rosaceae) in Nordrhein-Westfalen und Rheinland-Pfalz. Floristische Rundbriefe 29: 169-172 Meijer, K. (2000) Nieuwe bramen uit het noorden van Nederland. Gorteria 26: 209-224 Ruel, K. & J.P. Joseleau (1993) Influence of xyloglucan oligosaccharides on the micromorphology of the walls of suspension-cultured Rubus fruticosus cells. Acta botanica neerlandica 42: 363-378 Savelsbergh, E. (1990) Zwischenbalanz zur Rubusflora von Aachen. Floristische Rundbriefe 24: 27-30 Savelsbergh, E. (1994) Die Verbreitung dreier von Johann Kaltenbach beschriebenen Brombeer-Sippen im Stadtbereich Aachen. Floristische Rundbriefe 28: 44-57 van de Beek, A. (2005) Nieuwe gegevens over de sectie Rubus uit het genus Rubus L. in Nederland. Gorteria 31: 68-79 van de Beek, A. (1998) Nieuwe bramen uit de sectie Rubus uit het zuiden van het land. Gorteria 24: 19-30 van de Beek, A. (1997) Nieuwe soorten uit het genus Rubus L. uit de binnenduinen. Gorteria 23: 5-13 van de Beek, A. (1988) Batologische notities: 4. Nieuwe gegevens over Rubus L. Gorteria 14: 19-23 van de Beek, A. (1984) Batologische notities: 3. Nieuwe gegevens over Rubus L. Gorteria 12: 56-61 van de Beek, A. (1981) Batologische notities: 2. Nieuwe gegevens over Rubus. Gorteria 10: 147-150 van de Beek, A. (1979) Rubus promachonicus Beek - een nieuwe naam voor R. lejeunei Whe. Gorteria 9: 281-283 van de Beek, A. (1978) Bramen in Zuid-Limburg. Gorteria 9: 80-88 van de Beek, A. (1977) Twee nieuwe Rubus-ondersoorten. Gorteria 8: 124-128 van de Beek, A. (2013) Purperbraam. Sectie Subidaei (Focke) A. Beek. van de Beek, A. (2013) Staande braam. Subsectie Rubus. van de Beek, A. (2013) Boogbraam. Subsectie Appendiculati Genev. van de Beek, A., R.J. Bijlsma & F.M. Muller (1986) Rubus aurora: een nieuwe braam uit het IJsseldal. Gorteria 13: 38-40 van de Beek, A. & H.E. Weber (1994) Rubus bovinus, spec. nov., en de identiteit van R. pyramidatus P.J. Muller. Gorteria 20: 124-132 van Eeden, F.W. (1877) Rubus fruticosus - Struikachtige Braambes Flora Batava 15: 1192-1192 Weber, H.E. (1974) Notizen zur Verbreitung der gattung Rubus L. im Emsland anlässlich der Regionalstellenleiter-Tagung in Lathen vom 28.-30.9.1974. Göttinger Floristische Rundbriefe 8: 118-118 Weber, H.E. (1975) Bemerkungen zur Rubus-Flora von Regensburg im Zusammenhang mit der Regionalstellenleiter-Tagung vom 6.-8.9.1974. Göttinger Floristische Rundbriefe 9: 53-56 Weber, H.E. (1992) Kartierung der Brombeeren (Gattung Rubus L., Subgen. Rubus) in Deutschland und angrenzenden Ländern. Floristische Rundbriefe 26: 116-124 Weber, H.E. (1998) Wichtigste Nachträge zur Gattung Rubus in Deutschland als Ergänzung zur Flora von Hegi 1995. Floristische Rundbriefe 32: 57-73 TaxonomieRijk: | Plantae | Stam: | Tracheophyta | Klasse: | Spermatopsida | Orde: | Rosales | Familie: | Rosaceae | Rubus sect. Rubus  (1753) | Nederlands: | Zwarte braam | Engels: | Blackberry / Bramble | Duits: | Brombeere | Etymologiebron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra | Rubus is verwant aan het Latijnse ruber (rood). Onrijpe bramen zijn namelijk rood. Fruticosus betekent heesterachtig.
| Bron: Standaardlijst 2003 | Bron Nederlandse naam: Standaardlijst 2003 | Synoniemen: | Rubus fruticosus | Inclusief deze taxa:
Rubus adspersus, Rubus adulans, Rubus affinis, Rubus agricastrorum, Rubus allegheniensis, Rubus alumnus, Rubus ambigens, Rubus amisiensis, Rubus ammobius, Rubus armeniacus, Rubus arrhenii, Rubus arrheniiformis, Rubus asperidens, Rubus axillaris, Rubus baronicus, Rubus bellardii, Rubus bertramii, Rubus bifrons, Rubus bovinus, Rubus braeuckeriformis, Rubus buhnensis, Rubus calyculatus, Rubus campaniensis, Rubus canadensis, Rubus canduliger, Rubus caninitergi, Rubus cardiophyllus, Rubus ceratifolius, Rubus chloocladus, Rubus chlorothyrsos, Rubus cinerascens, Rubus commutatus, Rubus condensatus, Rubus confusidens, Rubus conothyrsoides, Rubus conspicuus, Rubus contritidens, Rubus crassidens, Rubus dasyphyllus, Rubus dejonghii, Rubus desarmatus, Rubus distractus, Rubus divaricatus, Rubus diversus, Rubus edeesii, Rubus eglandulosus, Rubus egregius, Rubus eifeliensis, Rubus elegantispinosus, Rubus erinulus, Rubus euryanthemus, Rubus foliosus, Rubus frederici, Rubus fuscus, Rubus gelertii, Rubus genevieri, Rubus geniculatus, Rubus glandithyrsos, Rubus glareosus, Rubus gloriosus, Rubus goniophorus, Rubus grabowskii, Rubus gratus, Rubus guestphalicus, Rubus hastiferus, Rubus henrici-weberi, Rubus holerythros, Rubus hoplotheca, Rubus hypomalacus, Rubus iceniensis, Rubus ignoratus, Rubus immodicus, Rubus incarnatus, Rubus insectifolius, Rubus insularis, Rubus integribasis, Rubus iuvenis, Rubus laciniatus, Rubus laevicaulis, Rubus langei, Rubus lasiandrus, Rubus lasiocladus, Rubus latiarcuatus, Rubus leptothyrsos, Rubus leucandrus, Rubus lianos, Rubus libertianus, Rubus lindebergii, Rubus lindleianus, Rubus loehrii, Rubus longior, Rubus macer, Rubus macrophyllus, Rubus megistothyrsos, Rubus meijerianus, Rubus montanus, Rubus mucronipetalus, Rubus mucronulatus, Rubus muenteri, Rubus muridens, Rubus neerlandicus, Rubus negatus, Rubus nelliae, Rubus nemoralis, Rubus nessensis, Rubus neumannianus, Rubus opacus, Rubus oreades, Rubus pallidus, Rubus phoenicacanthus, Rubus phyllostachys, Rubus picearum, Rubus planus, Rubus platyacanthus, Rubus plicatus, Rubus poliothyrsus, Rubus polyanthemus, Rubus praeceptorum, Rubus praticolor, Rubus prei, Rubus procerus, Rubus proiectus, Rubus pseudoargenteus, Rubus psilander, Rubus radula, Rubus rosaceus, Rubus rubrumcadaver, Rubus rudis, Rubus rufescens, Rubus saltuum, Rubus schlechtendalii, Rubus schleicheri, Rubus scidularum, Rubus sciocharis, Rubus scissus, Rubus scoliacanthus, Rubus senticosus, Rubus ser. Arguti, Rubus siekensis, Rubus silvaticus, Rubus spina-curva, Rubus splendidus, Rubus sprengelii, Rubus stereacanthos, Rubus sulcatus, Rubus taxandriae, Rubus teretiusculus, Rubus thalassarctos, Rubus trichanthus, Rubus tubanticus, Rubus ulmifolius, Rubus umbrosus, Rubus uncimontanus, Rubus vadalis, Rubus vandebeekii, Rubus vestitus, Rubus winteri, Rubus wirtgenii, Rubussec.Rubus | Â | Zoeken in GBIF | Zoeken in Google Scholar |
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De tweejarige stengels zijn lang en hangen boogvormig over, kruipen of staan vrij rechtop. Ze zijn kantig met forse stekels. De top gaat wortelen zodra deze de grond raakt. Samen vormen de stengels vaak een dichte, warrige massa. Bladeren De rondachtige tot elliptische bladeren zijn vijftallig, maar soms drietallig of zeventallig. De gezaagde bladeren zijn gestekeld. De steunblaadjes zijn lijnvormig tot langwerpig. Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De 2-3,2 cm grote bloemen zijn wit of roze. De kelk is grijs of groen met een witte rand. De kroonbladen zijn smal langwerpig tot breed ovaal en langer dan de kelkbladen. Vruchten Een steenvrucht. De glanzende bramen zijn eerst rood, later worden ze zwart. Ze bestaan uit twintig tot vijftig deelvruchtjes, die tegelijk met de bloembodem afvallen. Eetbaar. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode. © NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.
|