EcologieBodemZonnige, open plaatsen (pioniervegetatie), soms ook meer gesloten plaatsen op vochtige tot meestal natte, matig voedselrijke tot voedselrijke, meestal vrij kalkarme, brakke of zilte grond (zand, klei en stenige plaatsen).
GroeiplaatsLage schorren (kwelders), zeeduinen (strandvlakten), grasland (zilt grasland en beweide zandheuveltjes langs het IJsselmeer), bermen ('s winters gepekelde autowegen), zeedijken (tussen stenen), waterkanten (kreekoevers en langs bergbeken) en moerassen (binnendijks, zilt rietland), rotsachtige plekken in de bergen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen in het Wadden- en het Deltagebied, zeldzaam in aangrenzende zeekleigebieden en zeer zeldzaam langs het IJsselmeer.
VlaanderenZeer zeldzaam langs de Schelde tot Antwerpen, in het Zwin en bij Nieuwpoort.
WalloniëNiet in Wallonië.
WereldIn Centraal Europa en Azië, van Tsjechië en Slowakije tot Afghanistan en Mongolië. Ook in sommige Europese gebergten, aan de Europese en Noord-Amerikaanse kust en op de zuidpunt van Zuid-Amerika.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurDinnetz, P. & L. Jerling (1997) Gynodioecy in Plantago maritima L.; no compensation for loss of male function.
Acta botanica neerlandica 46: 193-206
Garjeanne, A.J.M. (1951)
Plantago.
De Levende Natuur 54: 151-159
Kimstra-Sinnema, J.G. (1965) Overzicht der in Nederland gevonden inheemse en adventieve
Plantago-soorten.
Gorteria 2: 129-135
Kops, J. (1822) Plantago maritima - Zee weeg-bree
Flora Batava 4: 257-257
Londo, G. (1978) Over het gedrag in ruimte en tijd van
Taraxacum en
Plantago.
Gorteria 9: 174-178
Prins, H.H.T., R.C. Ydenberg & R.H. Drent (1980) The interaction of Brent Geese Branta bernicla and sea plantain Plantago maritima during spring staging: field observations and experiments.
Acta botanica neerlandica 29: 585-596
Venema, H.J. (1922) Botanische indrukken van de Overijsselsche Zuiderzeekust.
De Levende Natuur 27: 117-119
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De aarstelen zijn behaard en meestal weinig langer dan de bladeren. De stengels zijn blauwgroen en aan de voet verhout.
Bladeren Zeeweegbree vormt 1 of meer bladrozetten. De bladeren zijn vlezig, dik, 2 tot 6 mm breed, meestal kaal, lijnvormig, gootvormig en gaafrandig, maar forse planten zijn soms verwijderd getand. De bladeren hebben 3 of 5 parallelle nerven. De schutbladen zijn kaal of heel kort gewimperd.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De aren zijn rolrond en knikken voor de bloei. Ze zijn 4 tot 10 cm lang. Van de 4 kelkslippen zijn de bovenste 3 gekield. De bloemkroon is 3 mm groot en bestaat uit een behaarde buis en witachtige slippen. De helmknoppen zijn citroengeel. De kelkslippen zijn kaal of heel kort gewimperd.
Vruchten Een doosvrucht. De vruchten zijn eivormig en bevatten meestal 2 zaden. De zaden zijn zeer kortlevend (< 1 jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.