EcologieBodemZonnige plaatsen op matig droge tot vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke, kalkrijke en vaak verdichte grond (zavel, klei en puin).
GroeiplaatsGrasland (vochtig, licht bemest grasland, weiland, ruige grazige begroeiingen en uiterwaarden), bermen, wegranden (in de overgang van wegdek naar berm), rivierdijken, langs spoorwegen (spoorbermen), braakliggende grond, akkers (akkerranden) en puin.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen. Het meest in het rivierengebied. Vrij zeldzaam in het oosten en noordoosten van het land.
VlaanderenVrij algemeen. Het meest in de Leemstreek en de Maasvallei. Zeldzaam in de Kempen.
WalloniëVrij algemeen in het Maasgebied en in de zuidelijke Ardennen. Elders zeldzaam tot zeer zeldzaam.
WereldOorspronkelijk uit het Middellandse-Zeegebied. Nu in alle werelddelen, in gebieden met een warm of gematigd klimaat.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurGalavazi, G. (1964) The Occurrence of Newly Induced Phloem in Shoot-producing Explants of Root Tissue of Cichorium Intybus L. Var. Sativa Bisch. Cultivated in Vitro.
Acta botanica neerlandica 13: 420-421
Gevers Deynoot, P.M.E. (1853) Cichorium intybus - Gewone Cichorey
Flora Batava 11: 832-832
Sloff, J.G. & J.L. van Soest (1939) Het fluviatiele district in Nederland en zijn flora II.
Nederlandsch kruidkundig archief. Serie 3 49: 268-306
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 3:
52Flora Batava 11:
plaat 0832Heukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
623Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
682Nederlandse Oecologische Flora 4:
152Wilde Planten 2:
220Wilde-Planten.nl:
paginadeze soort in de Zadenatlas van Nederland Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De rechtopstaande stengels zijn vertakt, gegroefd, dofgroen, meestal ruw behaard en bevatten melksap. Ze dragen maar weinig bladeren.
Bladeren De rozetbladeren zijn langwerpig, bochtig veervormig gespleten en aan de voet steelachtig versmald. De stengelbladeren zijn langwerpig, minder ingesneden en zittend met een afgeknotte tot zwak hartvormige voet, die stengelomvattend is. Van onderen zijn de bladeren borstelig behaard.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloemhoofdjes zitten in lange, zeer ijle schijnaren en op vertakkingspunten. De hoofdjes zijn 2½ tot 4½ cm groot. Ze zijn lichtblauw of heel zelden roze of wit. Alle bloemen zijn lintvormig, stralend en hebben een getande top. De bloemhoofdjesbodem is vlak en heeft geen stroschubben. De omwindselbladen hebben klierharen.
Vruchten Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).De bruine zaden zijn kantig en minstens 8 keer zo lang als het kroontje van schubben. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.