EcologieBodemZonnige tot licht beschaduwde plaatsen op soms droge, maar meestal vochtige tot vaak natte, matig voedselrijke tot voedselrijke, soms stikstofrijke en vaak kalkhoudende grond (alle grondsoorten).
GroeiplaatsBosranden, struwelen (o.a. jeneverbesstruweel), heggen, bossen (moerasbossen, grienden en andere natte bossen), kapvlakten, aanspoelselgordels, drijftillen, moerassen (verlandingsvegetaties), waterkanten (o.a. langs voedselrijke hoogveenwijken of heidevennen en langs greppels), natte ruigten, ruderale plaatsen, plantsoenen, tegen hekwerk, op oude muren, in oude knotbomen, langs spoorwegen (spoordijken), zeeduinen (o.a. op droge, stikstofrijke plaatsen in de zeereep) en aan de voet van stenige hellingen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandAlgemeen.
VlaanderenAlgemeen.
WalloniëAlgemeen, maar vrij zeldzaam in de Ardennen.
WereldOorspronkelijk in gematigde streken in Europa en Azië. In Zuidoost-Azië tot in de tropen. Ingeburgerd in o.a. Noord-Amerika en Nieuw-Zeeland.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurHallema, A. (1904) Bitterzoet op water.
De Levende Natuur 9: 43-43
Hallema, A. (1904) Bitterzoet op water.
De Levende Natuur 9: 108-108
Kentgens, J.S. (1911) Door beemd en bosch.
Natuurhistorisch Jaarboek (Limburg) 1: 51-61
Kops, J. & H.C. van Hall (1832) Solanum dulcamara - Klimmende Nachtschade
Flora Batava 6: 403-403
Maes, N.C.M. (2013)
Inheemse bomen en struiken in Nederland en Vlaanderen-Herkenning, verspreiding, geschiedenis en gebruik. Boom
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 3:
149Flora Batava 06:
plaatHeukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
484Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
594Nederlandse Oecologische Flora 3:
187Wilde Planten 1:
136Wilde-Planten.nl:
paginaAfbeelding in de Zadenatlas (Digital Plant Atlas) Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De stengels kunnen klimmen, op de grond liggen, rechtop staan of soms winden. Ze hebben een houtige stengelvoet, die meestal overwintert. De bloeitwijgen sterven na vruchtzetting af. In de regel is de plant weinig behaard, maar met name in droge duinen komt een vrij sterk behaarde en tevens ietwat vlezige vorm van Bitterzoet voor.
Bladeren De giftige, gesteelde, kale of soms behaarde bladen zijn donkergroen en vaak paars aangelopen. Ze zijn langwerpig tot eirond en spits, niet gedeeld of (met name de bovenste bladeren) pijlvormig (spiesvormig-driedelig) met aan de voet één of twee (zelden tot vier) oortjes (lobben).
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). Vaak vrij rijkbloemige (10-25 bloemen), overhangende, schermvormige trossen (een ijle bloeiwijze), waarvan de steel meestal ongeveer tegenover een blad begint. De knikkende, 1-1½ cm grote bloemen zijn vijfdelig, blauwpaars of zelden wit. De eerst uitgespreide, maar later teruggeslagen kroonslippen hebben aan de voet twee groene vlekken met een witte rand. De bleekgele helmknoppen zijn onderling vergroeid en gaan naar binnen open. De ondiep gelobde kelk groeit na de bloei niet uit.
Vruchten Een bes. De niet eetbare, hangende, glanzende bessen zijn eerst groen, later worden ze rood tot roze. Ze zijn eivormig tot langwerpig. De zaden zijn kortlevend (één tot vijf jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.
De bloeiperiode is dit jaar 4 dagen later dan het langjarig gemiddelde.