Ecologie & verspreiding Bostulp is anders dan de naam doet vermoeden geen bosplant, maar een graslandplant. Het best doet de plant het in de volle zon op voedselrijke, niet-zure, in het voorjaar vrij vochtige, humeuze, kleiige grond. Hier kan tot een kwart van alle planten in bloei komen. In de schaduw of op voedselarmere grond blijft de bloei vaak achterwege. In het zeekleigedeelte van Friesland is de Bostulp één van de meest voorkomende stinzenplanten. Behalve bij (vroegere) buitenplaatsen is zij dikwijls op kerkhoven en in oude pastorietuinen te vinden. Elders in Nederland groeit Bostulp ook in stinzenmilieus, zelden niet. Bostulp komt oorspronkelijk uit Zuid- en Zuidoost-Europa. In Nederland is zij zeer zeldzaam. Zij komt hoofdzakelijk voor op buitenplaatsen. Het meest komt zij nog voor in noordwestelijk Friesland, in mindere mate in Groningen, de Hollandse binnenduinrand, op Walcheren, de Neder-Betuwe en het westen van Utrecht. De oudste waarneming dateert van 1770.
CC-BY-SA 3.0Â Niko Buiten, 2017
|
EcologieBodemZonnige tot licht beschaduwde plaatsen op vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke, vaak kalkhoudende, humeuze, grazige grond. Omspitten van de grond kan de bloei bevorderen (klei, zavel en stenige plaatsen).
GroeiplaatsWijngaarden, kreupelhout, struwelen, bossen (loofbossen bij buitenplaatsen, kasteelparken en parkbossen), dijken, stadswallen, bermen, uiterwaarden, begraafplaatsen, oude pastorietuinen, grasland (grasvelden en andere grazige plaatsen), zeeduinen (binnenduinrand) en rotsachtige plaatsen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandPlaatselijk vrij algemeen in het noorden en westen van Fryslân. Zeer zeldzaam in Groningen, in het westen van het land, in het rivierengebied en aan de Hollandse en Zeeuwse binnenduinrand.
VlaanderenZeer zeldzaam.
WalloniëZeer zeldzaam.
WereldOorspronkelijk uit Zuidoost-Europa (Italië en het noordwestelijke deel van de Balkan) en Noord-Afrika. Ingeburgerd in een groot deel van West- en Midden-Europa. Nu noordelijk tot in Zuid-Schotland, Zuid-Scandinavië en het Baltische gebied.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurDe Langhe, J.E. & J. Slembrouck (1993) De Bostulp (
Tulipa sylvestris L.) in België, vroeger en nu.
Dumortiera 53-54: 26-35
Gleichman, J.M. (1972) Een merkwaardige groeiplaats van de Bostulp bij Groenlo.
De Levende Natuur 75: 213-215
Jansen, M.T., H.N. Leys & J.J.F.E. de Wilde (1968) Stinsenflora in de Bommelerwaard.
Gorteria 4: 12-15
Kops, J. & H.C. van Hall (1828) Tulipa sylvestris - Gele Tulp
Flora Batava 5: 377-377
Londo, G. & H.N. Leys (1979) Stinseplanten en de Nederlandse flora.
Gorteria 9: 247-257
Molenaar, E. (1999) De Bostulp,
Tulipa sylvestris, toch nog te Sint Katelijne-Waver.
Dumortiera 74: 33-33
Raabe, U. (1988) Zum Vorkommen von Goldstern-Arten (
Gagea spec.) und Wilder Tulpe (
Tulipa sylvestris) auf Kirch- und Friedhöfen im Raum Hamburg-Lauenburg.
Floristische Rundbriefe 21: 104-106
Slembrouck, J. (2010)
Tulipa sylvestris, een stinsenplant met onkruidallures.
Dumortiera 98: 24-25
Stikvoort, E., W. van Wijngaarden & P. Meininger (2017) Bostulpen aan zee.
Planten 6: 8-10
van der Ploeg, D.T.E. (1969) Vindplaatsen van stinseplanten in Friesland.
Gorteria 4: 203-208
van Poeteren, W. (1920) De Boschtulp.
De Levende Natuur 25: 64-64
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 2:
305Flora Batava 05:
plaatHeukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
99Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
121Nederlandse Oecologische Flora 4:
281Stinzenplanten (P.A. Bakker & E. Boeve, 1985):
134Wilde Planten 1:
86Wilde-Planten.nl:
paginaAfbeelding in de Zadenatlas (Digital Plant Atlas) Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels Een kale bloeistengel met meestal drie bladeren.
Bladeren De verspreid staande, vrij vlezige bladeren zijn breed lijnvormig, gootvormig verdiept en met een spitse top. De buitenkant is donkergroen, de binnenkant is grijsgroen. Niet-bloeiende planten hebben één langgesteeld blad.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De gele bloemen zijn toegespitst en 4-7 cm. Voor het opengaan knikken ze, later staan ze stervormig uitgespreid. De helmdraden zijn bovenaan plotseling toegespitst, met aan de voet lange haren. De buitenste drie meeldraden zijn korter dan de binnenste drie. Bloemen met kleine stempels.
Vruchten Een doosvrucht met afgeplatte zaden. Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Atlasblokken met waarnemingen
Het aantal atlasblokken (5x5 km) waarin de soort is gemeld binnen een periode van vijf jaar (vanaf 1980) of twintig jaar.
Niet gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en het aantal doorgegeven waarnemingen kan sterk variëren per periode,
dus een trend in verspreiding kan hier niet direct uit worden afgelezen. Het opgegeven jaartal is het eerste jaar van de
periode. Bron: gevalideerde waarnemingen uit de NDFF.
© FLORON & NDFF
download hoge resolutieFenologie bloeiendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.