Ecologie & verspreiding Stijve naaldvaren is een met leerachtige, glanzende bladen getooide plant die vooral te vinden is in bossen op vochtige, kalkhoudende grond. Het kerngebied van haar verspreiding was en is Zuid-Limburg. Vanaf de jaren vijftig van de vorige eeuw wordt de soort meer en meer waargenomen in de overige delen van Nederland. Daar groeit ze dan in de duindoornstruwelen van kalkrijke duinen, in steden op oude met kalkrijke mortel gemetselde muren en in jonge voldoende kalk leverende kleibossen. De verspreidingskaart laat zien dat Stijve naaldvaren sinds 1980 in veel nieuwe atlasblokken is waargenomen. Naast een betere kennis van de soort lijkt hieraan ook een duidelijke uitbreiding ten grondslag te liggen. Mogelijk speelt het natter en warmer worden van het klimaat hierin een rol.
CC-BY-SA 3.0 Koos Ballintijn, 2014
|
EcologieBodemBeschaduwde plaatsen op vochtige, voedselarme, maar stikstofrijke, humeuze, kalkrijke, meestal stenige grond (zand, mergel en puin).
GroeiplaatsBossen (kalkrijke bossen, op steile kanten in oude loofbossen, bijv. wanden van diepe greppels en langs holle wegen en soms in naaldbossen), struwelen, soms onder dicht struwelen van Duindoorn, op beschutte vochtige oude muren (sluismuren) en op steenglooiingen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandZeldzaam in Zuid-Limburg en Flevoland. Elders zeer zeldzaam (in stedelijke gebieden).
VlaanderenZeer zeldzaam. Het meest in de Leemstreek en de Voerstreek.
WalloniëVrij zeldzaam in de Kalkstreek, de Leemstreek, Lotharingen en de Ardennen.
WereldGematigde en warme gebieden. In Europa voornamelijk in het middengebergte.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurBremer, P. (2005) Nieuwe vondsten van bijzondere varens in Twente.
Hypericum 5: 1-7
Dijkhuis, E. & E. de Weerd (2018) Zeldzame varens in Drenthe.
Planten 8: 16-18
Dijkhuis, E. & W.J. Stouthamer (2009) Muurplanten in Groningen.
Floron Nieuwsbrief Groningen 16: 11-13
Gonggrijp, S. (2017) Een nieuw varenlandschap in Nederland.
Planten 6: 4-5
Hilmer, O. (1974) Ein bemerkenswerter Fundort einer Farnarten bei Goslar.
Göttinger Floristische Rundbriefe 8: 110-112
Kobus, J.D. (1866)
Flora van Wageningen en aangrenzende gemeenten. A. Ophorst, Wageningen
Raemakers, I. & T. Faasen (2012) Bijzondere planten en insecten in de Curfsgroeve.
Natuurhistorisch Maandblad 101: 63-73
Smit, A. (1989) De Naaldvarens (
Polystichum-soorten) van het Overijsselse Hout bij Lelystad.
Gorteria 15: 90-94
Thiemann, R. (2010) De naaldvarens van Europa en hun hybriden.
VarenVaria 21(1): 10-14
van de Ven, T. (1948) De varensoorten op het krijtland.
Natuurhistorisch Maandblad 37: 65-69
van Eeden, F.W. (1893) Aspidium aculeatum - Stekelig Schildvaren
Flora Batava 19: 1493-1493
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De korte bladsteel (tot 1/5 keer zo lang als het blad) is dicht bezet met rood-bruine schubben.
Bladeren De wintergroene bladeren groeien rechtop in een trechtervorm. Ze zijn glanzend donkergroen, leerachtig, langwerpig, zowel boven als naar de voet versmald, dubbel geveerd, en naar de top afnemend. De onderste, korte deelblaadjes zijn niet tot op de as ingesneden.
Bloemen Sporen. De kleine sporenhoopjes groeien met 4 of 5 in 1 rij aan beide kanten van de middennerf van een deelblaadje.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.