Ecologie & verspreiding Kalmoes staat in en langs zonnig, voedselrijk, stilstaand of stromend, zoet, stikstofrijk, zwak zuur tot kalkrijk water boven bodems van zand, veen of klei. Ze groeit langs waterkanten en in water van allerlei water bevattende of vervoerende systemen, in moerassen, zowel in verlandingsvegetaties als in aangrenzende weilanden die ’s winters onder water staan. De plant stamt oorspronkelijk uit Zuidoost-Azië en is nu over grote delen van het gematigde Noordelijk Halfrond verspreid. Ze werd sinds 1557 in Europa ingevoerd in botanische tuinen en is vervolgens ingeburgerd. Kalmoes is algemeen in laagveengebieden en het rivierengebied, plaatselijk vrij algemeen in de Pleistocene gebieden en is elders zeldzaam. Ze valt op door haar gegolfde bladrand en de aromatische geur die vrijkomt bij kneuzing. Ze komt in onze streken wel tot bloei maar vormt geen vruchten, de verspreiding geschiedt d.m.v. wortelstokken of delen daarvan. Kalmoesextract wordt gebruikt ter stimuleren van de spijsvertering, in Deventer kruidkoeken en in de kruidenjenever Berenburg.
CC-BY-SA 3.0 René van Moorsel, 2014
|
EcologieBodemZonnige plaatsen in en langs, voedselrijk, stilstaand of stromend, zoet, zwak zuur tot kalkrijk water met een bodem van zand, veen of niet te zware klei.
GroeiplaatsWaterkanten en water (greppels, sloten, plassen, vijvers, kanalen, rivieren, rivierarmen en wielen) en moerassen (verlandingsvegetaties en aangrenzend weiland, dat 's winters onder water komen).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen in laagveengebieden, in de Zuid-Hollandse duinen, het rivierengebied, Noord-Brabant en in het noordoosten van het land. Elders zeldzaam tot zeer zeldzaam.
VlaanderenPlaatselijk vrij algemeen.
WalloniëVrij zeldzaam. Het meest in de rivierdalen.
WereldOorspronkelijk uit Zuidoost-Azië. Nu in grote delen van de gematigde streken van het noordelijk halfrond en in tropisch Azië. Sinds 1557 in Europa in botanische tuinen ingevoerd en vervolgens ingeburgerd.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLBeschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De stengels zijn driekantig en afgeplat. Aan de ene kant zijn ze scherpkantig en aan de andere kant hebben ze een groef waaruit de bloeikolf te voorschijn komt. Aan de voet zijn ze vaak rood aangelopen. De plant groeit in pollen.
Bladeren De bladeren zijn zwaardvormig, spits en 0,5-2 cm breed. Ze hebben vaak een gegolfde rand en verspreiden een zoete geur.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloemen zijn groengeel, zeer klein en zitten in een dichte, smalle, opstijgende bloeikolf (4-10 cm). Bloemen met zes kelkachtige bloemdekbladen van minder dan 1 mm lengte en eveneens zes meeldraden.
Vruchten Een bes. In Europa worden echter geen bessen gevormd. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.