Ecologie & verspreiding Geel viltkruid staat op zonnige, open, warme plaatsen op droge, matig voedselarme, stikstofarme, neutrale tot matig zure, goed doorlatend zand en grind. Ze groeit in akkers, op braakliggende grond, op open, droge plekken in neutraal grasland, aan greppelranden, in wegranden en afgravingen. Dit viltkruid kwam vroeger zeer zeldzaam voor in het rivierengebied in het oosten van het land, in Zuid- en Noord-Limburg (met name bij Nijmegen, Arnhem en Roermond) en verder verspreid op enkele andere plaatsen. De laatste vondst dateerde van Nijmegen in 1935 tot dat ze weer aangetroffen is in het oosten van Noord-Brabant. De soort is te onderscheiden van haar veel gelijkenis tonende verwanten doordat de vertakkingen asymmetrisch zijn, er onder de meeste hoofdjeskluwen slechts één zijtak ontspringt, de middelste omwindselbladen op de kiel en aan de top paars getint zijn en vooral door de geelachtige kleur van de beharing.
CC-BY-SA 3.0 René van Moorsel, 2014
|
EcologieBodemZonnige, warme, open plaatsen op droge, matig voedselarme, stikstofarme, neutrale tot matig zure, goed doorlatende grond (zand en grind).
GroeiplaatsAkkers (vooral tussen rogge, maar ook wel tussen andere granen en hakvruchten), braakliggende grond, grasland (open pleken in droog, neutraal grasland), greppelranden, wegranden (vooral langs grindwegen) en afgravingen (grindgroeven).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVroeger zeer zeldzaam in het rivierengebied in het oosten van het land en in Zuid-Limburg. Voor het laatst gevonden in 1935 bij Nijmegen. Nu weer zeer zeldzaam in het oosten van Noord-Brabant.
VlaanderenVroeger zeer zeldzaam. Voor het laatst gevonden in 1953.
WalloniëVroeger zeer zeldzaam in Brabant en het Maasdistrict.
WereldBergstreken in Zuidwest- en Midden-Europa en op de Azoren. Niet in een groot deel van het Middellandse-Zeegebied.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurAdema, F. (1976) De
Filago vulgaris-groep in Nederland.
Gorteria 8: 42-47
Reijerse, A.I. & A.J. Verrijdt (2000)
Filago lutescens Jord. (geel viltkruid) langs een zandweg in Oost-Brabant.
Gorteria 26: 17-18
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De rechtopstaande stengels zijn onregelmatig vertakt en geelachtig wollig behaard. Onder de meeste hoofdjeskluwens ontspringt één zijtak.
Bladeren De langwerpige of lepelvormige bladeren zijn gelig behaard.
Bloemen Polygaam (bloemen met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen en bloemen met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke geslachtsorganen). De geelachtige bloemhoofdjes zitten met tien tot vijfentwintig bij elkaar in kleine kluwens. Het omwindselblad is strogeel. De middelste omwindselbladen zijn op de kiel en aan de top paars, later worden ze bruin.
Vruchten Een eenzadige dopvrucht of nootje. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Atlasblokken met waarnemingen
Het aantal atlasblokken (5x5 km) waarin de soort is gemeld binnen een periode van vijf jaar (vanaf 1980) of twintig jaar.
Niet gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en het aantal doorgegeven waarnemingen kan sterk variëren per periode,
dus een trend in verspreiding kan hier niet direct uit worden afgelezen. Het opgegeven jaartal is het eerste jaar van de
periode. Bron: gevalideerde waarnemingen uit de NDFF.
© FLORON & NDFF
download hoge resolutieFenologie bloeiendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.