Ecologie & verspreiding Grijze mosterd houdt van zonnige, open plekken op vochtige, voedselrijke, zandige of stenige grond. Die vindt zij in bermen, akkers, ruderale plekken in kustduinen, braakliggende grond, tussen grind of andere (half)verharde plekken, tussen stenen beschoeiingen van rivieren, ruigten, stortterreinen en omgewerkte grond. De soort is veel te vinden rond graanoverslagbedrijven en meelfabrieken waar ze ooit als adventief werd aangevoerd. In het stedelijk gebied is zij te vinden in haven- en industriegebieden, op parkeerterreinen, ballastbedden langs spoorwegen, ruderale plekken en op straat. De soort kan zich langdurig handhaven. Grijze mosterd verscheen in 1910 in Amsterdam voor het eerst in Nederland. De soort burgerde slechts lokaal in. Zij bleef zeldzaam in Nederland, maar is plaatselijk zeer talrijk in de stedelijke gebieden en de IJsselmeerpolders. Elders is zij zeer zeldzaam. Grijze mosterd komt oorspronkelijk uit Zuid-Europa. Daarom moet zij profiteren van klimaatverandering.
CC-BY-SA 3.0 Niko Buiten, 2014
|
EcologieBodemZonnige, open plaatsen op vochtige, voedselrijke, zandige of stenige grond.
GroeiplaatsAkkers, zeeduinen (ruderale plekken), braakliggende grond, tussen grind of andere (half)verharde plaatsen, parkeerterreinen, haventerreinen, waterkanten (tussen stenen beschoeiingen van rivieren), langs spoorwegen (spoorwegballast), omgewerkte grond, ruderale plaatsen, ruigten, stortterrinen en bermen (open plekken).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandZeldzaam. Voornamelijk in stedelijke gebieden. Ingeburgerd tussen 1950 en 1974.
VlaanderenVrij zeldzaam ingeburgerd. Het meest in het kustgebied, in en rondom haventerreinen, maar ook wel in andere stedelijke gebieden en langs de oevers van de IJzer.
WalloniëNiet in Wallonië.
WereldHet Middellandse-Zeegebied en in het Midden-Oosten. Ingeburgerd elders in Europa. Noordelijk tot in Denemarken.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurHoste, I., F. Verloove, C. Nagels, L. Andriessen & J. Lambinon (2009) De adventievenflora van in België ingevoerde mediterrane containerplanten.
Dumortiera 97: 1-16
Jagel, A. (2003) Zur Situation der Flora auf Industrie- und Bahnbrachen in Bochum / Westfalen.
Floristische Rundbriefe 37: 53-73
Jansen, M.T. & F.M. Muller (1963) Graanadventieven in en om Wageningen.
Gorteria 1: 147-149 [Een opsomming van graanadventieven in de jaren 1959-1962 aangetroffen in de Wageningse overslaghaven en aan de transportroutes naar Ede en Rhenen]
Saintenoy-Simon, J. & G. Bruynseels (1982)
Hirschfeldia incana (L.) Lagrèze-Fossat,
Corispermum leptopterum (Aschers.) Iljin et
Senecio inaequidens DC. dans la gare Josaphat (Schaerbeek, Bruxelles).
Dumortiera 23: 26-28
Zijlstra, O.G. (1993) Geelbloeiende kruisbloemigen in Twente (slot).
Nieuwsbrief FLORON-FWT 8: 1-6
Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De al of niet vertakte stengels zijn onderaan bedekt met stijve omlaaggerichte haren.
Bladeren De onderste bladen zijn grijs behaard, veerdelig en grof getand. De bovenste bladen zijn smal langwerpig, meestal behaard, diep getand of soms met een gave rand.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De 5-8 mm lange kroonbladen zijn lichtgeel en vaak paars geaderd. De kelkbladen staan rechtop.
Vruchten Een doosvrucht. De rechtopstaande hauwen zitten tegen de stengel aangedrukt. Ze zijn smal lijnvormig, 0,7-1½ cm lang en 1-1½ mm breed. De snavel is 4-7 mm. Elke hauw bevat één of twee zaden. De verdikte vruchtstelen zijn 2-5 mm lang. Bovenaan zijn ze ongeveer even breed als de vrucht. De zaden zijn zeer kortlevend (korter dan één jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.